Professionals spelen een belangrijke rol in de aanpak van kindermishandeling. In het rapport 'Collectieven tegen Kindermishandeling: opbrengsten en ervaringen' staan ervaringen, producten en tips van zes gemeenten en regio’s. Het rapport is uitgevoerd in opdracht van Vereniging Nederlandse Gemeenten, het ministerie van Volksgezondheid, ministerie van Onderwijs en het ministerie van Veiligheid en Justitie. In het rapport wordt aanbevolen om de lokale en regionale ondersteuning door te zetten. Dit meldt het ministerie van Volksgezondheid.
Zes gemeenten vormden de ‘Collectieven tegen Kindermishandeling’. Zij werkten sinds anderhalf jaar samen met alle partijen die lokaal en regionaal betrokken zijn bij de nieuwe aanpak van kindermishandeling. De ministeries en de VNG hebben extra geïnvesteerd in deze vernieuwde aanpak.
Gemeenten gingen uit van hun eigen praktijk en lokale verbeterpunten. Deze manier van werken leidde tot praktische producten en voorbeelden, die allemaal in het rapport staan. Zo focusten Heerlen en Arnhem vooral op het onderwijs met een e-learning voor leerkrachten en informatie voor ouders. Amsterdam maakte een uitklapkaartje met een compacte checklist met oudersignalen over de vraag: ‘Is een kind veilig in het gezin?’ Het kaartje is breed verspreid onder professionals.
De projectleiders en wethouders van de Collectieven tegen Kindermishandeling hadden op 17 februari een slotbijeenkomst met de drie ministeries en VNG. Daar constateerden zij dat de overheid door de decentralisaties beter kan aansluiten bij de praktijk. Gemeenten moeten zorgen dat de connectie tussen school, Veilig Thuis en het wijkteam gemaakt wordt en dat er gehandeld wordt.
Ook moeten professionals meer ruimte krijgen om aan te sluiten bij ouders en gezinnen. De aanpak van kindermishandeling moet bovendien worden opgenomen in het curriculum van beroepsopleidingen. Door meer gebruik te maken van data-analyse, kunnen bepaalde stressfactoren zoals schulden en werkloosheid gesignaleerd worden. Deze factoren dragen een bewezen risico in zich.
Door: Redactie Nationale Zorggids