De financiering van de geestelijke gezondheidszorg (ggz) dwingt psychologen tot het in hokjes stoppen van patiënten. Hokjes die lang niet altijd passend zijn. Uit onderzoek van de Universiteit Utrecht blijkt dat psychologen de financiering van de ggz een flinke onvoldoende geven, omdat het systeem hun autonomie zou ondermijnen. Dat meldt Trouw.
De psychologen zijn kritisch op de inkoop van de ggz en de bureaucratie die daaruit volgt. Zorgverzekeraars schatten voorafgaand aan de inkoop het aantal Diagnose Behandel Combinaties (DBC’s) in. Dit doen zij op basis van de gegevens van het jaar ervoor. Deze DBC’s, ofwel standaardbehandelingen, zijn de enige behandelingen die worden vergoed door de zorgverzekeraar. Omdat cliënten niet altijd exact binnen een bepaald hokjes passen, vrezen psychologen dat zij niet de juiste behandeling krijgen.
Psychologen vinden bovendien dat het papierwerk dat voortkomt uit de DBC’s hen belemmert in hun werkzaamheden. Zij lopen door de bureaucratische rompslomp vertraging op en ervaren daardoor hoge werkdruk.
“De psychologen die aan het onderzoek meededen, voelen zich gefrustreerd. Het is belangrijk om uit te zoeken of hun perceptie met de werkelijkheid strookt. Het is zorgelijk hoe ontevreden ze zijn, vind ik. Dat heeft effect op hoe zij hun werk doen”, zegt onderzoeker Rosanna Nagtegaal die de enquête onder tienduizend psychologen verspreidde. In totaal beantwoordden 680 psychologen de vragen in de enquête. In een vervolgonderzoek wil Nagtegaal uitzoeken of psychiaters hetzelfde denken over de financiering van de ggz.
Door: Redactie Nationale Zorggids