Hogere doses vitamine D worden sinds dit jaar niet meer vergoed vanuit het basispakket van de zorgverzekering. Willen patiënten een hogere sterkte ter preventie of behandeling van een vitamine D-tekort, dan moeten ze dit zelf betalen. Twee derde van de groep kwetsbare mensen blijft vitamine D gebruiken, 20 procent heeft nog een voorraadje en 5 procent is genoodzaakt ermee te stoppen. De kosten spelen hierbij een grote rol. Dit meldt Nivel.
Van de 20 procent die nog een voorraad vitamine D uit 2022 heeft, denkt 70 procent door te kunnen gaan als deze op is. 25 procent weet niet wat zij gaan doen en zo’n 7 procent overweegt te stoppen. De grootste groep – 45 procent – gebruikt vitamine D nog en betaalt dit uit eigen zak, omdat ze nodig hebben voor hun gezondheid, zodat ze zeker zijn van het juiste middel of omdat hun arts dat aanraadde.
Hogere dosis vitamine D zelf betalen
Nog eens 20 procent van de kwetsbare mensen gebruikt nu een ander soort vitamine D, niet uit de apotheek, en betaalt hier zelf voor. Hun oude middel op recept was te duur, maar ze hebben de vitamine wel nodig voor hun gezondheid. Van de 5 procent die is gestopt met vitamine D, kan ruim de helft het middel niet betalen, wil 32 procent het niet betalen en weet 17 procent niet welk middel ze moeten kiezen.
Ongewenst effect
Het grootste deel van de gebruikers blijft vitamine D dus gebruiken. Het kleine deel van de mensen dat is gestopt kan nog groeien, omdat een deel van de gebruikers het middel nog op voorraad heeft. Onderzoekers van Nivel stellen dat het ongewenst is dat kwetsbare mensen die vitamine D écht nodig hebben, ermee stoppen. Dit kan namelijk leiden tot een vitamine D-tekort. Vitamine D wordt onder meer geslikt om osteoporose of fracturen te voorkomen.
Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky