De kortgedingrechter in Rotterdam heeft de eis van 22 donorkinderen voor een vergelijking met dna van de overleden vruchtbaarheidsarts Jan Karbaat vrijdag gedeeltelijk toegewezen.
Karbaat had van 1980 tot 2009 zijn eigen ivf-kliniek in Barendrecht, waar hij naar verluidt vrouwen insemineerde met zijn eigen zaad.
Resultaten van de DNA-test mogen echter pas worden gebruikt als de rechter in een bodemprocedure heeft geoordeeld dat dat is toegestaan. Tot die tijd blijven de dna-vergelijkingen geheim en onder toezicht van een notaris, aldus de voorzieningenrechter. Zij verwees in haar vonnis naar de aanwijzingen, stukken en foto's die door de eisers zijn ingebracht. Die vormen volgens de rechter geen hard bewijs, maar wel een begin van bewijs voor de stelling dat de arts mogelijk met eigen zaad kinderen heeft verwekt.
In het vonnis haalde de rechter ook het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens aan, waarin is geregeld dat kinderen het recht hebben te weten wie hun biologische ouders zijn. De uitspraak werd door de talrijk aanwezige, vermeende donorkinderen met applaus begroet. Tientallen kinderen eisen nu een dna-vergelijking waarin kan worden bewezen of uitgesloten dat de arts hun vader is.
Een van de eisers, Merel-Lotte Heij (23) uit het Limburgse Vijlen, zegt "ontzettend blij'' te zijn. "Deze zaak heeft mijn hele leven beheerst. Je wilt gewoon duidelijkheid over de vraag wie je vader is'', zei zij. Samen met haar moeder en broer Jonathan-David voert zij samen met negentien anderen het proces om het dna van Karbaat te mogelijk vergelijken. Dat dna-materiaal zit op gebruiksvoorwerpen van de in april overleden arts, die in beslag zijn genomen.
Door: ANP
