In 2011 waren er in Nederland ongeveer drie artsen per duizend inwoners. Dat is meer dan in 2001 toen ons land nog 2,5 artsen op hetzelfde aantal inwoners telde. Dat blijkt uit cijfers die het CBS donderdag naar buiten heeft gebracht. Het CBS spreekt van een flinke toename, zo meldt de Volkskrant.
Volgens het CBS is de groei van uitgaven aan de gezondheidszorg in Nederland de afgelopen jaren enigszins afgevlakt. De uitgaven stegen sinds 1975 flink en namen lange tijd zelfs harder toe dan de economie, aldus het CBS. In het laatste peiljaar (2011) lagen de zorguitgaven op twaalf procent van het bruto binnenlands product (bpp).
Wat betreft uitgaven voor de gezondheidszorg ligt Nederland, in vergelijking met de lijst van 34 OESO-landen, boven het gemiddelde. Het aantal artsen per duizend inwoners ligt bij ons onder het gemiddelde.
Het percentage rokers lag in Nederland in 2011 met 20,8 procent bijna gelijk aan het gemiddelde van de OESO-landen. In 2001 rookte nog een kwart meer Nederlanders. Zweden telt in dit rijtje de minste rokers met 13,1 procent en Griekenland met 31,9 procent de meeste.
© Nationale Zorggids