Tijdens een vergadering van de Adviescommissie Pakket afgelopen vrijdag is voor de tweede keer besloten een duur geneesmiddel tegen een ernstige bloedziekte niet op te nemen in het basispakket. Eculizumab is zes keer te duur om in aanmerking te komen voor vergoeding via de zorgverzekering. Dat meldt de Telegraaf.
In de Adviescommissie zitten onder andere artsen, ethici en economen die conceptadviezen van het Zorginstituut Nederland heroverwegen na een eerste afwijzing. De commissie oordeelde afgelopen vrijdag dat het geneesmiddel tegen de bloedziekte PNH (Paroxysmale nachtelijke hemoglobinurie) alsnog te duur is.
Ongeveer 130 Nederlanders kampen met deze bloedziekte. Eculizumab wordt nu nog vergoed onder een tijdelijke regeling. Patiënten die dit middel gebruiken hebben hierdoor een normale levensverwachting en een gezond leven. Zonder dit geneesmiddel, het enige beschikbare geneesmiddel, overlijden de meeste patiënten binnen 15 jaar. Maar omdat Eculizumab ruim boven de grens van 80.000 euro per gewonnen levensjaar uitkomt (de grens voor zware ziektes), kan de pakketcommissie het middel niet in het basispakket toelaten.
“Bij ruim vier ton per jaar kun je daarvoor ook tien extra verpleegkundigen een jaar laten werken in het verzorgingstehuis. Moeten we dan daarin snijden, terwijl we dit middel toelaten? En in totaal zijn we zo 25 miljoen euro per jaar kwijt, daar kan een klein ziekenhuis op draaien. Daarom denk ik dat dit middel niet in aanmerking moet komen voor vergoeding”, zegt hoogleraar Jan Busschbach, lid van de pakketcommissie. Dagelijks gebruik van het middel zou de belastingbetaler ongeveer 480.000 euro per gewonnen levensjaar kosten.
Door: Redactie Nationale Zorggids