Het vertrek van twee zorgbestuurders van het Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis in Nijmegen heeft grofweg 250.000 euro gekost. De vertrekpremies van de twee mannen zijn in het jaarverslag van het ziekenhuis geconstateerd. Daarin viel ook op dat het ziekenhuis vorig jaar verlies heeft geleden en dat het niet langer aan alle financieringseisen van de banken voldoet. Dit meldt RTL Z.
Bestuurders Bart Bemelmans en Ton Poos werkten vanaf 2013 en 2014 in het ziekenhuis in Nijmegen. Vorig jaar werd kort na elkaar bekend dat beide mannen opstapten. Een reden daartoe werd niet genoemd. De ontslagpremie van 75.000 euro werd aan beide mannen betaald, een maximum dat in de Wet Normering Topinkomens (WNT) is vastgelegd. Echter ontving Bemelmans nog 100.000 euro extra, omdat hij nog enkele maanden werd doorbetaald door het ziekenhuis.
Financiële problemen in het jaarverslag
Uit het jaarverslag blijkt dat het ziekenhuis financieel niet gezond is. Op een omzet van 304 miljoen euro werd een verlies van 1,8 miljoen euro gedraaid. Echter stelde Bemelmans eerder in een interview juist dat hij het ziekenhuis weer gezond heeft gemaakt.
Onder andere het opzetten van het elektronisch patiëntendossier heeft een forse investering gevraagd. Het koste 8,8 miljoen euro om het systeem te implementeren, een investering in ICT waar Ton Poos als bestuurder verantwoordelijk voor was. Een woordvoerster laat weten dat de vertrekken in goed overleg tot stand zijn gekomen en dat de redenen hiervoor niet genoemd zullen worden.
Ook weerspreekt het Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis tegen dat er sprake is van financiële problemen. De investering van het elektronisch patiëntendossier is iets wat ieder ziekenhuis moet ophoesten en wat invloed kan hebben op de financiële cijfers van dat jaar. “Ook dat staat los van het vertrek van de bestuurders.”
Door: Redactie Nationale Zorggids
