ActiZ ziet, net als Van Rijn, graag dat er uiteindelijk een geheel nieuwe bekostiging komt op basis van zorgprofielen, maar nu nog niet. Vooralsnog moet eerst de functie van de wijkverpleegkundige doorontwikkeld worden. Als er in de tussentijd een nieuwe vorm van contractering wordt geïntroduceerd, is de kans groot dat dit afleidt van de hoofdzaak. Een ander argument tegen is dat één uurtarief teveel ingrijpt op de wijkverpleegkundige teams en hun functioneren. “Het doorvoeren van wijzigingen in de bekostiging gaat namelijk gepaard met nieuwe werkprocessen, een andere inrichting van de ict en nieuwe instructies van de wijkverpleegkundige teams”, schrijft ActiZ in een brief aan Van Rijn.

Het uitgangspunt van het geïntegreerde uurtarief is het maximale tarief voor verpleging. Zorgverzekeraars houden eventuele budgetoverschrijdingen in de gaten. Het maximale tarief is afhankelijk van de zwaarte van de doelgroep van een zorginstelling. Een zwaardere doelgroep zal ook een hoger tarief hebben, want daarvoor is meer verpleegkundige zorg nodig. Ook gaan zorgverzekeraars bij de zorginkoop letten op de geleverde prestaties van zorgaanbieders, dat houdt in dat ze bij de zorginkoop maatwerk gaan leveren. Gezien de recente ervaringen, twijfelt ActiZ over het vermogen van de zorgverzekeraars daartoe.

Buurtzorg Nederland, lid van ActiZ, vindt het onvoorstelbaar dat de brancheorganisatie tegen de plannen is. Directeur Jos de Blok denkt dat Van Rijn de manier heeft gevonden om administratie te vereenvoudigen. Ook V&VN sluit zich aan bij het plan van Van Rijn. De beroepsorganisatie denkt dat de vakkennis van wijkverpleegkundigen zich beter ontwikkelt als zij zich minder hoeven te richten op de administratieve lastendruk.

Vandaag debatteert de Kamer over het onderwerp wijkverpleging.

©Nationale Zorggids