Uit onderzoek van het Amsterdam UMC blijkt dat een hartstilstand sneller succesvol behandeld kan worden naarmate de eerste schok met een defibrillator sneller gegeven wordt. Analyse van de gegevens van 3.723 patiënten met een hartstilstand buiten het ziekenhuis toont aan dat het toedienen van een schok binnen zes minuten na de 112-melding de overlevingskansen sterk vergroot. Bij patiënten die de schok binnen die tijd ontvingen, herstelde het hartritme in 93 procent van de gevallen. Dit percentage daalde naar 75 procent wanneer de schok pas na zestien minuten werd toegediend, meldt het Amsterdam UMC.
Het Amsterdam UMC voerde dit onderzoek uit in het kader van het lopende ARREST-onderzoek (AmsteRdam REsuscitation STudies), dat sinds 2005 data verzamelt over reanimaties in Noord-Holland. Door nauwkeurig de tijd van de 112-melding tot de eerste schok vast te leggen, kon het team bepalen hoe de snelheid van een schok de uitkomsten van reanimaties beïnvloedt. Elke minuut vertraging in het toedienen van de eerste schok verlaagt de kans op overleving met ongeveer 6 procent.
Snelle interventie via AED’s en burgerhulpverlening
Hans van Schuppen, leider van het ARREST-onderzoek en anesthesioloog, benadrukt het belang van een snelle schok en de inzet van AED’s en burgerhulpverleners, zoals het netwerk HartslagNu. Hoewel Nederland al veel AED’s beschikbaar heeft en gebruikmaakt van burgerhulpverlening, wordt de 6-minutengrens nog niet altijd gehaald. Meer centrale regie en onderzoek kunnen helpen om de tijd tot de eerste schok te verkorten en daarmee de overlevingskansen verder te verhogen, aldus Van Schuppen.
Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky