Huisartsen zijn een stap dichterbij om de verplichte Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) te schrappen. Zij moeten dit document overhandigen als zij op incidentele basis zorg verlenen in Wlz-instellingen. In de praktijk komt het zelden voor dat een waarnemend huisarts tijdens zijn dienst in de avond, de nacht of het weekend-uren (ANW-uren) wordt opgeroepen om in een Wlz-instelling zorg te verlenen. Huisartsen moeten voor deze incidentele situaties wel een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) kunnen overleggen. Momenteel wordt het schrappen van deze verklaring voorgelegd via een internetconsultatie. Dit meldt (Ont)Regel De Zorg.
Omdat het nooit zeker is wanneer en door welke instelling een beroep gedaan wordt op deze huisartsen, moeten zij voor het geval dat ze ingeschakeld worden bij voorbaat in het bezit zijn van een (actuele) VOG, die niet ouder dan drie maanden mag zijn. Deze administratieve lasten staan in geen verhouding tot de zeer incidentele zorg die zij leveren in Wlz-instellingen. De VOG-plicht is nu nog noodzakelijk zodat de Wlz-instelling kan voldoen aan de plicht uit het Uitvoeringsbesluit Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz). Onder Wlz-instellingen vallen onder andere ouderen, mensen met een beperking en mensen met psychische klachten die langdurig intensieve zorg vragen.
Samenleving kan reageren via internetconsultatie
Om de VOG-plicht voor huisartsen, die in incidentele gevallen in de in de ANW-uren zorg verlenen in een Wlz-instelling, te schrappen is er een wijziging voorgesteld van het Uitvoeringsbesluit Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Uitvoeringsbesluit Wkkgz). De wijziging van het Uitvoeringsbesluit Wkkgz is deze week in internetconsultatie gegaan. Dat betekent dat iedereen kan reageren op deze wijziging via de website over het schrappen van de VOG-plicht voor huisartsen. De internetconsultatie eindigt op 3 april 2020.
In de wijziging van het Uitvoeringsbesluit Wkkgz zijn ook andere wijzigingen opgenomen. De wijzigingen in verband met de VOG-plicht zijn in de concept regelingopgenomen onder onderdeel D. Na het verwerken van alle reacties die uit de internetconsultatie komen wordt het wetgevingsproces verder doorlopen, met het streven om de wet per 1 januari 2021 in werking te laten treden.
Door: Nationale Zorggids