De Inspectie Jeugdzorg vroeg enkele tientallen jeugdzorginstellingen naar hun tevredenheid met het optreden van de inspectie. De gemiddelde score voor tevredenheid bedroeg 7,5.
De Inspectie Jeugdzorg liet door een extern bureau onderzoeken hoe het toezicht werd ervaren in 43 jeugdzorginstellingen. Deze instellingen kregen met de inspectie te maken vanwege een thematisch toezicht (29 instellingen), een verscherpt toezicht (3) of een calamiteitentoezicht (11). Ruim driekwart van de benaderde instellingen werkte mee aan het onderzoek. Een dergelijke respons is relatief hoog en kan een indicatie vormen voor de mate van betrokkenheid van de instellingen bij het werk van de inspectie. Ook de gemiddelde score van 7,5 voor tevredenheid met het optreden van de inspectie ligt hoger dan bij vergelijkbare organisaties. Het resultaat komt overeen met de score in het vorige klanttevredenheidsonderzoek.
De instellingen waarderen vooral het directe contact met de inspecteurs. Meer dan de helft van de contacten vindt telefonisch plaats. Dit contact wordt gewaardeerd met een ruime 8. Een kwart van de contacten loopt via de e-mail. Ook dit contact waarderen de instellingen met een ruime 8. De instellingen zijn verder van mening dat de inspectie nog duidelijker kan aangeven welke informatie geleverd moet worden, bijvoorbeeld bij het onderzoek naar calamiteiten. Daarnaast wordt de wens geuit dat de inspectie meer rekening houdt met de specifieke achtergrond en ontwikkeling van een instelling. De inspectie beziet welke mogelijkheden hier liggen voor aanpassing, zonder dat dit de uniforme behandeling van instellingen door de inspectie tekort doet.
Sommige instellingen geven aan dat zij onvoldoende tijd krijgen om informatie aan te leveren. Tegelijkertijd vinden zij dat het lang duurt voor zij het oordeel van de inspectie ontvangen. De inspectie gaat bekijken hoe de procedure op dit punt kan worden aangepast.
© Nationale Zorggids