Zoete en zoute smaken, gewenning, portiegrootte en ouderlijk gedrag zijn de belangrijkste drijfveren in voedselkeuzes die kinderen maken. Dit kwam naar voren tijdens een discussie die deze week plaatsvond op de jaarlijkse vergadering van het Instituut Voedselveiligheid Technologen in de Verenigde Staten. Dat meldt VoedingNu.
Op de bijeenkomst werden nieuwe inzichten gegeven in voedselkeuzes van kinderen, hun voedselgedrag en wat de industrie en ouders kunnen doen om kinderen gezond te laten eten en gezonde keuzes te laten maken.
Smaakvoorkeuren ontstaan kort na de geboorte. Pasgeborenen hebben een voorkeur voor zoete en zoute smaken en wijzen bittere en zure smaken af. De omgeving, familie en de gewenning aan verschillende menu's spelen ook een belangrijke rol in de voedselkeuze van kinderen. Uit onderzoek blijkt dat kinderen de voorkeur geven aan vet en suiker. Fruit staat bovenaan de lijst van voedselkeuzes, gevolgd door zetmeelrijke producten, vlees, eieren, zuivel en groenten.
Uit een studie met kleuters komt naar voren dat een herhaalde blootstelling aan voedsel zorgt voor een vertrouwen in het eten. Dit vertrouwen beïnvloedt de voedselkeuzes van kinderen. Tussen de twee en de zes jaar oud worden kinderen kieskeurig en kan er een angst voor nieuwe dingen ontstaan. Uit onderzoek blijkt dat ouders dan het beste frequent kleine hoeveelheden van voedingsmiddelen met een andere smaak aan kunnen bieden.
Verder adviseren onderzoekers aan vrouwen om tijdens de zwangerschap en lactatieperiode gevarieerd te eten, omdat smaakvoorkeuren al ver voor de eerste hap van vast voedsel worden bepaald. Een ander advies is om kinderen te betrekken bij het bereiden van voedsel.
© Nationale Zorggids