Het lukt maar weinig mensen om volledig te stoppen met het gebruik van antidepressiva. Onderzoekers van de Universiteit van Maastricht stellen nu vast dat taperingstrips, waarmee patiënten weken lang elke dag een iets lagere dosering slikken, effectiever zijn dan andere methodes om af te bouwen. Dat meldt de Volkskrant.
Bijna negenhonderd mensen binnen het onderzoek probeerden te stoppen met antidepressiva met behulp van taperingstrips, 71 procent slaagde daarin na ongeveer 56 dagen. Slechts 6 procent kreeg een terugval en moest daardoor weer volledig aan de medicatie.
Taperingstrips zijn ontwikkeld door de Universiteit van Maastricht en Cinderella, een stichting dat zicht inzet voor niet-commerciële geneesmiddelen. Per patiënt wordt bekeken hoe en hoe snel de antidepressiva wordt afgebouwd.
“Artsen gaan ervan uit dat als je eenmaal op een dosis van enkele milligrammen per dag zit, er geen aantoonbare hoeveelheid werkzame stof meer in zit – en je dan net zo goed kunt stoppen. Maar dat klopt niet bij mensen die het jarenlang hebben geslikt en die een vaste spiegel van de stof hebben opgebouwd”, legt onderzoeker Peter Groot uit.
Hoewel de studie niet wetenschappelijk sterk staat, er is immers geen controlegroep bij betrokken geweest, zijn buitenstaanders blij met de uitkomsten. Afbouwgeneeskunde verdient namelijk de aandacht, zegt Anja Lok, psychiater bij het AMC. Toch denkt ze wel dat verantwoord afbouwen van medicatie meer onderzoek behoeft.
Nederland telt tot nu toe slecht twee zorgverzekeraars die taperingstrips af en toe willen vergoeden. De meeste verzekeraars doen het niet omdat de strips niet voldoen aan de criteria voor rationele farmacotherapie.
Door: Redactie Nationale Zorggids