Mensen die veel vis eten, hebben een kleinere kans om depressief te worden, zo denken onderzoekers van de Qingdao Universiteit. De wetenschappers kunnen geen direct verband bewijzen, maar ontdekten bij analyse van 150.000 mensen dat degenen die het meeste vis aten, 17 procent minder kans op een depressie hadden. Dit meldt NU.nl.
De onderzoekers voerden een meta-analyse uit waarbij studies die de effecten van visconsumptie op de gezondheid in beeld brachten doorgelicht werden. 26 onderzoeken met in totaal 150.000 proefpersonen werden onderzocht. Een bewezen verklaring voor het positieve verband dat zij vonden tussen de kans op depressie en visconsumptie hebben ze niet. Wel achtten de wetenschappers het waarschijnlijk dat het hoge aantal vetzuren in vis wellicht van invloed is. Deze vetzuren zijn belangrijk voor het brein.
In een ander onderzoek is ook al aangetoond dat vrouwen die tweemaal per week vis eten, 25 procent minder kans op depressie hebben dan vrouwen die dit niet doen. Dit effect was sterker bij vrouwen dan bij mannen. Wetenschappelijk is hier nog geen verklaring voor aangetoond, maar een mogelijk antwoord is dat omega-3-vetzuren reageren met de vrouwelijke geslachtshormonen oestrogeen en progesteron.
© Nationale Zorggids
