Huisartsen in Rivierenland maken zich ernstig zorgen over een recente wijziging van zorgverzekeraar Menzis. Menzis heeft aangekondigd een deel van de vergoeding voor praktijkverpleegkundigen af te schaffen, wat een financieel verlies van zeker een miljoen euro voor de regio betekent. Dit besluit kan volgens de huisartsen leiden tot minder zorg en langere wachttijden voor patiënten, wat zij zeer onwenselijk vinden.
De huisartsen die een contract hebben met Menzis zijn woedend. André van Merkestein, huisarts en bestuurder van Zorggroep Gelders Rivierenland, zegt in de twintig jaar dat hij huisarts is nog nooit wakker te hebben gelegen, maar nu wel. Vanaf 1 januari 2025 mogen huisartsen alleen nog de medische handelingen van praktijkverpleegkundigen declareren, niet het organisatorische werk. "Ze ondermijnen zo het vak. Voor een beginnend arts wordt het onmogelijk een praktijk te starten, zonder voldoende geld voor ondersteuners," zegt Van Merkestein.
Hard getroffen praktijken
Menzis is in deze regio (circa 200.000 patiënten) de preferente zorgverzekeraar, wat betekent dat zij voor alle andere zorgverzekeraars de zorg inkoopt. Dit geldt zowel voor ketenzorg als voor individuele huisartsenpraktijken, die door de maatregel onevenredig hard worden getroffen. "Dit geld gebruiken huisartsen voor het loon van hun praktijkverpleegkundigen," legt Van Merkestein uit. Deze verpleegkundigen regelen de zorg voor ouderen en chronisch zieken, zoals mensen met diabetes, hart- en vaatziekten en longaandoeningen.
Consequenties voor de zorg
Volgens Van Merkestein betekent de vermindering van financiering dat zorgtaken blijven liggen en patiënten langer moeten wachten op zorg. "De vergrijzing komt eraan, dus de druk op de huisartsen wordt alleen maar groter."
Jorg Arends, beleidsmedewerker bij de Landelijke Huisartsenvereniging (LHV), deelt de zorgen van Van Merkestein over de financiering van de praktijkondersteuner. "Wij hebben Menzis laten weten dit heel onverstandig te vinden. Ze geven hiermee geen goed signaal af." De praktijkondersteuner heeft volgens Arends een zeer belangrijke rol binnen een huisartsenpraktijk.
Gevaar voor tekort aan huisartsen
Van Merkesteins grootste angst is dat er een groot tekort ontstaat aan huisartsen. "Mijn dochter is derdejaars student geneeskunde. Ze is heel enthousiast over het vak van huisarts, maar de ontwikkelingen van de laatste jaren maken het steeds minder interessant. Het vak verliest hierdoor alle charme."
Daarnaast wil Menzis dat huisartsen ook de zorg gaan doen voor patiënten in kleinschalige woonvormen. "Dat zijn mensen die veel zorg nodig hebben," zegt Van Merkestein. "Daar hebben wij straks geen menskracht voor als ze deze financiering in januari stopzetten."
Menzis' reactie
Een woordvoerder van Menzis laat weten dat de financiële impact van de maatregel minimaal is. "Er zijn zorgvuldige afwegingen en berekeningen gemaakt. Wat verandert, is de manier van financieren. De werkzaamheden van de praktijkondersteuner kunnen al via bestaande prestaties worden vergoed."
Hoogleraar huisartsgeneeskunde: ‘Onwenselijk om vergoedingen te verminderen’
Jettie Bont, hoogleraar huisartsgeneeskunde bij Amsterdam UMC, vindt het onwenselijk om vergoedingen te verminderen. "Een huisarts moet zoveel mogelijk ondersteund worden, zowel financieel als administratief. De komende jaren worden alleen maar lastiger, dus ik vind het echt onwenselijk om vergoedingen te verminderen. Zeker als het gaat om de praktijkondersteuners. Door de vergrijzing neemt de druk op behandeling van chronisch zieken en ouderen steeds verder toe."
Bont wijst erop dat alle negatieve publiciteit over het vak van huisarts averechts werkt op de toestroom van nieuwe huisartsen. "En die hebben we oh zo hard nodig."
Door: Nationale Zorggids / Fleur Zomer
