De Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVvP) brengt vandaag de richtlijn ‘Levensbeëindiging op verzoek bij patiënten met een psychische stoornis’ uit. Psychiaters worden dagelijks geconfronteerd met patiënten met een doodswens. Het omgaan daarmee vereist grote behoedzaamheid. De herziene richtlijn beschrijft dan ook een actuele, zorgvuldige en bruikbare procedure die nauwgezet wordt doorlopen bij een verzoek om levensbeëindiging van een patiënt met een psychische stoornis. Dit meldt de NVvP.
In de richtlijn is meer ruimte voor het betrekken van familie en naasten in alle fasen, en ligt meer dan voorheen de nadruk op het bespreekbaar maken van het onderwerp tussen arts en patiënt. Daarnaast is de beoordeling van resterende behandelopties aangescherpt en de reikwijdte van de richtlijn naar ook andere artsen dan psychiaters verbreed.
Multidisciplinaire richtlijn
De multidisciplinaire richtlijn bestaat uit een traject van opeenvolgende stappen die patiënt en arts samen doorlopen in het verzoek om levensbeëindiging. Het gaat daarbij om de volgende vier fasen: verzoek, beoordeling, consultatie en uitvoering.
Wanneer de patiënt met een verzoek komt, hebben artsen niet de plicht om het verzoek tot levensbeëindiging in te willigen. Noch heeft de patiënt het recht dit te eisen. Wel heeft de arts de verantwoordelijkheid om het onderwerp te bespreken met de patiënt of deze te verwijzen, bijvoorbeeld in het geval van principiële bezwaren.
Beoordeling wilsbekwaamheid
Omdat een psychiatrische stoornis de oordeelsvorming van de patiënt kan beïnvloeden en de wilsbekwaamheid kan belemmeren, is het moeilijk om te bepalen of de doodswens vrijwillig en weloverwogen is. De doodswens kan van tijdelijke aard zijn, of deel uitmaken van het klachtenpatroon van het ziektebeeld.
Uit zorgvuldigheidsoverwegingen is daarom in de beoordelingsfase de second opinion door een onafhankelijk deskundig psychiater verplicht gesteld. Deze psychiater onderzoekt welke behandelopties nog mogelijk zijn en zo mogelijk de wilsbekwaamheid. Tevens wordt in deze fase onderzocht of het verzoek vrijwillig en weloverwogen is en of er sprake is van ondraaglijk en uitzichtloos lijden.
De richtlijn is opgesteld in samenwerking met het Nederlandse Huisartsen Genootschap (NHG), de artsenfederatie KNMG en het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP) met ondersteuning van het Kennisinstituut Federatie Medisch Specialisten. De richtlijn is beschikbaar op 28 september om 11.00 uur op www.richtlijnendatabase.nl.
Door: Redactie Nationale Zorggids