(Novum) - Een schriftelijke wilsverklaring voor euthanasie moet beperkt houdbaar worden. Door een jaarlijks verlenging verplicht te maken heeft een arts meer houvast als een patiënt zijn wil niet meer kan uiten, betogen zes medici en wetenschappers dinsdag in een opiniestuk in Trouw.
In de praktijk zou een euthanasieverklaring vaak tot verwarring leiden. Het komt geregeld voor dat iemand heeft aangegeven niet te willen blijven leven als hij bijvoorbeeld dement wordt, maar als het eenmaal zo ver is zijn patiënten niet meer in staat hun wens te herhalen. Als een euthanasieverklaring dan jaren oud is, wordt het voor de arts moeilijk in te schatten of de patiënt nog altijd dezelfde wens heeft.
Daarom moet de schriftelijke wilsverklaring maximaal twee jaar houdbaar zijn, vinden de schrijvers. Het beste zou zijn als de wens tot euthanasie jaarlijks wordt besproken en verlengd. Van de uitkomst van dat gesprek kan de arts vervolgens een aantekening in zijn dossiers maken. De wilsverklaring wordt volgens de auteurs dan een 'levend document dat de visie van de patiënt documenteert'.
De schrijvers wijzen erop dat ook patiënten met gevorderde dementie nog hun heldere momenten hebben. Op die momenten zou de arts over de wilsverklaring kunnen praten.