Medicatieveiligheid ouderen vraagt om sterkere samenwerking professionals

Medicatieveiligheid voor thuiswonende ouderen vraagt om een sterke samenwerking tussen huisartsen, specialisten ouderengeneeskunde en openbaar apothekers. Volgens het LUMC en het Charlotte Jacobs Instituut begint deze samenwerking al in de opleiding van zorgprofessionals. “Als de samenwerking niet goed is, gaat communicatie stroef, met alle gevolgen van dien,” aldus Tamara Noordermeer-Wanner, opleider specialisten ouderengeneeskunde. Dit meldt het LUMC.

Een huisarts schrijft herhaalrecepten uit, maar weet vaak niet of patiënten de medicatie correct gebruiken. Hier komt de apotheker in beeld, die afwijkingen signaleert, zoals het niet ophalen van medicatie. Soms ligt dit aan angst voor bijwerkingen of onwetendheid. In dergelijke gevallen neemt de apotheker contact op met de huisarts, terwijl de specialist ouderengeneeskunde advies geeft over kwetsbare ouderen. Dit multidisciplinaire overleg kan therapieontrouw en medicatiefouten helpen voorkomen.

Interprofessioneel onderwijs

Om deze samenwerking te verbeteren, hebben het LUMC en het Charlotte Jacobs Instituut een pilot opgezet waarin aios (artsen in opleiding tot specialist) van verschillende specialismen samen leren. Huisartsen, apothekers en specialisten ouderengeneeskunde werkten aan complexe casussen en leerden van elkaars expertise. “Studenten vonden het onderwijs inspirerend en leerzaam,” zegt Noordermeer-Wanner. Een deelnemer gaf zelfs aan dat het leuker was dan regulier onderwijs.

Toekomstige zorg verbeteren

De pilot krijgt positieve feedback en vormt een belangrijke stap richting betere samenwerking en medicatieveiligheid. De hoop is dat dit onderwijs landelijk wordt uitgerold en dat zorgprofessionals al tijdens hun opleiding leren hoe cruciaal multidisciplinair contact is. Door samenwerking meteen vast te leggen in de opleiding, wordt de basis gelegd voor veiligere farmaceutische zorg voor ouderen.

Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky