In de gesloten jeugdhulp beschouwen professionals wetgeving vooral als een beoordelingsinstrument voor hun handelen, in plaats van een kader voor pedagogische mogelijkheden. Jurist Susanne Höfte onderzocht hoe kinderrechten beter kunnen worden geïntegreerd in de dagelijkse praktijk van deze professionals. Op 24 oktober verdedigde ze haar proefschrift aan de Universiteit van Amsterdam, waarin ze stelt dat kinderrechten en een pedagogische aanpak juist elkaar kunnen versterken. Daarvoor is echter wel meer kennis nodig en steun vanuit de jeugdzorginstellingen. Dit meldt de Universiteit van Amsterdam.
In Nederland wonen ruim 35.000 kinderen en jongeren niet bij hun ouders vanwege een onveilige thuissituatie. Zij worden vaak geplaatst in residentiële jeugdhulpinstellingen, waar professionals aan wettelijke eisen moeten voldoen die de veiligheid en ontwikkeling van de jeugdige waarborgen. De op 1 januari 2024 ingevoerde Wet Rechtspositie gesloten jeugdhulp heeft als doel het beperken van vrijheidsbeperkingen en als eindstreven om in 2030 de gesloten jeugdzorg af te bouwen.
Rechtspositie van jongeren onder druk
Höfte merkt op dat problemen zoals lange wachtlijsten, beperkte financiering en extreem gedrag van jongeren een uitdaging vormen voor de rechtspositie en het welzijn van deze jongeren. Daardoor zijn professionals soms niet in staat om te handelen in hun beste belang, ondanks hun inzet.
Juridische en pedagogische overwegingen in balans
Tijdens haar onderzoek ontdekte Höfte dat professionals in hun werk vaak juridische termen gebruiken, zoals ‘de mening van de jeugdige’ en ‘verantwoordelijkheid van ouders’, zonder zich daar bewust van te zijn. Door onvoldoende kennis over kinderrechten beschouwen zij wetgeving vaak als ‘eng’ en complex. Höfte pleit ervoor dat professionals juist gebruikmaken van de mogelijkheden die de wet biedt, bijvoorbeeld door onderwijs en sociale contacten buiten de instelling te waarborgen.
Höfte hoopt met haar onderzoek te laten zien dat juridische kaders rondom kinderrechten een waardevolle aanvulling zijn op de pedagogiek en professionals kunnen helpen sterker te staan in hun beslissingen voor het welzijn van de jongeren.
Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky