Onder psychiaters en psychologen is niet veel animo voor behandelingen met beeldbellen. Het UMC Utrecht onderzocht dit en zag dat slechts één op de honderd liever behandelt via beeldbellen dan in de praktijkkamer. Een onderzoek hiernaar is maandag gepubliceerd in het Tijdschrift voor Psychotherapie. Dit meldt het NRC.
De coronamaatregelen zorgden ervoor dat beeldbellen een groot onderdeel werd van veel behandelingen. Toch is het niet altijd mogelijk om dit te doen. Sommige behandelmethoden kunnen bijvoorbeeld niet op afstand. Bovendien lijkt het erop dat psychiaters en psychologen er gewoon niet echt om staan te springen.
Zorg op afstand schiet tekort voor veel ggz-behandelaren, zorgverzekeraars groot voorstander
Er lijkt een tweedeling te zijn tussen de beroepsgroep en de zorgverzekeraars. Die laatste groep is juist groot voorstander van zorg op afstand omdat daarmee wachtlijsten in de ggz kunnen worden ingekort zodat meer patiënten met zwaardere problemen ook face-to-face behandelingen op locatie kunnen krijgen. Grote verzekeraars willen dan ook dat een groot deel van de behandelingen uit digitale zorg zal bestaan, zo zeggen zij tegen NRC.
Meer digitale zorg dan voor de coronacrisis
Wie het meeste baat zal hebben bij de plannen van verzekeraars, is niet altijd duidelijk. Jim van Os, hoogleraar psychiatrie en één van de drie onderzoekers van het UMC Utrecht, denkt dat ziekere patiënten hier niet per se mee geholpen zijn. Hij wijst erop dat er in vergelijking met vóór de crisis ineens veel meer aan digitale zorg wordt gedaan. Dat voelt voor veel mensen nog onwennig. Ook zegt hij dat nog niet is onderzocht of reguliere behandelingen digitaal net zo effectief zijn.
Als het aan patiënten zelf ligt, spreken zij hun behandelaar vaker in het echt. Uit onderzoek van cliëntenorganisatie MIND bleek dat veel patiënten door zorg op afstand echt persoonlijk contact missen.
Door: Nationale Zorggids