De kwaliteit van de persoonlijke beschermingsmiddelen die landelijk zijn ingekocht tijdens de coronacrisis voor gebruik in de zorg, voldeed maar voor een beperkt deel aan de eisen. Het RIVM testte tussen maart en oktober 2020 verschillende persoonlijke beschermingsmiddelen. Vooral de kwaliteit van de ademhalingsbeschermingsmiddelen (FFP2- en KN95-maskers) en de chirurgische mondmaskers (type IIR) was onvoldoende. Dit meldt het RIVM.
Van de FFP2- en KN95-maskers voldeed 22 procent en van de type IIR voldeed 14 procent volledig aan de eisen. Zo sloten de ademhalingsbeschermingsmiddelen niet altijd goed aan op het gezicht. Daardoor beschermden ze onvoldoende tegen virusdeeltjes. Daarnaast waren de geteste isolatiejassen en handschoenen niet altijd waterdicht. Ook kon de kwaliteit van producten binnen eenzelfde levering sterk verschillen, hoewel ze volgens de beschrijving op de verpakkingen hetzelfde waren.
Geen volledige beoordelingsprocedure
Het RIVM testte en beoordeelde de producten in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid. Dat gebeurde tussen maart en oktober 2020. Door de ernstige tekorten was er in die periode geen tijd voor een volledige beoordelingsprocedure. Samen met verschillende partijen is daarom een verkorte beoordelingsprocedure opgezet die de geldende normen zo veel mogelijk benaderde. De procedure is gaandeweg verder ontwikkeld.
Door: Nationale Zorggids