Een commissie onder leiding van Hubben stelde in opdracht van minister van Volksgezondheid Edith Schippers (VVD) een evaluatierapport over de tuchtcolleges op. Uit het rapport blijkt dat gemiddeld slechts veertien procent van alle klachten door de tuchtcolleges voor de gezondheidszorg gegrond wordt verklaard.

Volgens Hubben komen bij de tuchtcolleges veel klachten binnen die thuishoren bij klachtencommissies van ziekenhuizen, bijvoorbeeld als sprake is van communicatieproblemen tussen de arts en de patiënt. "Het tuchtcollege is eigenlijk bedoeld voor zware, medisch ingewikkelde zaken." Hubben bepleit daarom dat tuchtcolleges de bevoegdheid krijgen klachten door te verwijzen naar de klachtencommissies.

Het onderzoek wijst verder uit dat 41 procent van de patiënten denkt dat de colleges zorgverleners de hand boven het hoofd houden. Hubben zegt dat hij zich dat kan voorstellen, maar stelt dat dit beeld ontstaat doordat een groot deel van de klachten nu ongegrond wordt verklaard omdat ze bij de verkeerde instantie zijn aangebracht.

Hubben tekent ook aan dat patiënten en nabestaanden die een klacht indienen vaak onvoldoende medische kennis in huis hebben om te begrijpen waar de zaak over gaat. Klagers moeten daarom ook meer geholpen worden, vindt Hubben. Zo moeten klagers die ingewikkelde zaken moeten laten uitzoeken financieel worden ondersteund.

Ook moeten tuchtcolleges meer mogelijkheden krijgen om in te grijpen, bijvoorbeeld door de klacht voorafgaand aan een zitting aan te kunnen passen. Als bijvoorbeeld een klacht is ingediend tegen een verkeerde arts, dan leidt dat nu nog tot een ongegrondverklaring van die klacht, terwijl door ingrijpen van het tuchtcollege de klacht tegen de juiste arts wel direct kan worden behandeld.

De tuchtcolleges moeten ook meer hun tanden kunnen laten zien. Artsen die echt een bedreiging vormen voor de gezondheidszorg, moeten direct kunnen worden geschorst. Nu nog moet worden gewacht tot de procedure ten einde is, wat jaren kan duren.