Minister Schippers van Volksgezondheid en haar Belgische collega Maggie De Block gaan samenwerken rond de onderhandelingen met farmaceutische bedrijven over de prijzen van dure geneesmiddelen. Doel is om in het belang van de patiënt de prijzen van geneesmiddelen omlaag te krijgen. Beide bewindslieden hebben dit vandaag afgesproken tijdens een Europese Raad van ministers van Volksgezondheid in Riga.
Dure geneesmiddelen kennen bij introductie op de markt vaak geen concurrerend middel. Fabrikanten kunnen daarom hoge prijzen rekenen. Een bijzondere groep zijn de zogenaamde ‘weesgeneesmiddelen’. Deze medicijnen zijn bedoeld voor zeldzame ziektes, die vaak minder dan 1 op 100.000 mensen betreffen. Omdat dit naar verhouding heel weinig patiënten per afzonderlijke Lidstaat zijn, kan een firma weinig doses van een weesgeneesmiddel verkopen en ligt de prijs daardoor dikwijls zeer hoog.
Nederland en België werden onlangs geconfronteerd met een bijzonder hoge prijs van een Hepatitis C geneesmiddel. Beide landen onderhandelden toen afzonderlijk over de prijs en wisten toen een lagere prijs te bedingen. Schippers en De Block zijn ervan overtuigd dat gezamenlijk optrekken tot nog betere resultaten kan leiden: "Als we samenwerken, vertegenwoordigen we meer patiënten en kunnen we gemakkelijker een lagere prijs bedingen zonder dat het ten koste gaat van de kwaliteit".
Nederland en België starten volgend jaar een pilot waarin beide landen gezamenlijk gaan onderhandelen over een duur geneesmiddel. Beide ministers zullen het project daarna evalueren. Naast gezamenlijk optrekken rond prijsonderhandelingen wordt ook onderzocht hoe breder kan worden samengewerkt, bijvoorbeeld als het gaat om gegevensuitwisseling, de opzet van registers en het afstemmen van evaluatiemethodes.
© Nationale Zorggids