Het ministerie van Volksgezondheid is dinsdag teruggefloten door de rechter. Het departement had in 2022 bepaald hoeveel medisch specialisten elk ziekenhuis mag opleiden, maar had daar helemaal geen bevoegdheid voor. De verdeling is daarom teruggedraaid door het College van Beroep voor het bedrijfsleven, de hoogste rechter. De uitspraak is definitief, er is geen hoger beroep mogelijk.
In het zogeheten verdeelplan had de toenmalige minister Ernst Kuipers voor elke specialisatie bij elk ziekenhuis bepaald hoeveel 'instroomplaatsen' er waren. Zo mocht het Leids Universitair Medisch Centrum dat studiejaar onder anderen zeven anesthesiologen, vier cardiologen, vijf kindergeneeskundigen en vier psychiaters aan hun vervolgopleiding laten beginnen .
De ziekenhuizen in Leiden, Den Haag, Delft, Gouda en Leiderdorp vochten samen dat plan aan. Zij kregen in totaal honderd opleidingsplaatsen en vonden dat te weinig.
Geen wettelijke grondslag
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt nu dat de verdeling "geen wettelijke grondslag" heeft. Het is aan de toezichthouder, de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa), om ziekenhuizen geld te geven voor de opleiding van specialisten. Dat budget bepaalt het aantal plekken. De minister mag de NZa wel algemene aanwijzingen geven, maar mag niets beslissen over ziekenhuizen en andere zorginstellingen zelf. Daar gaat de NZa over. De minister is dus "buiten zijn bevoegdheid getreden" met de verdeling.
Door: ANP