Af en toe krijgt Jet Peek (26) een vragende blik als ze zegt dat ze klinisch technoloog is. Niet heel gek, want het is een relatief nieuwe beroepsgroep. Toen ze in 2021 haar diploma kreeg aan de TU Delft was het aantal afgestudeerden nog op een paar handen te tellen. "Ik hoorde bij de eerste honderd bachelorstudenten. We waren een soort proefkonijnen."

Ook in haar nieuwe baan, kiest Peek voor het ongebaande pad. Ze is een van de eerste orgaanperfusionisten van het Erasmus MC. Haar taak: donorlongen ‘op de pomp’ zetten. Dat moet je letterlijk nemen, legt ze uit. "We sluiten de longen buiten het lichaam aan op de beademing en laten vloeistof door de vaten stromen. Je ziet de longen ademen in de machine. Best cool om mee te maken."

Fris en fruitig

Niet alle donorlongen gaan op de pomp. "We worden opgeroepen als de transplantatieartsen twijfelen over de kwaliteit van de longen. Met perfusie kunnen we de kwaliteit verbeteren door bloedstolsels weg te spoelen of antibiotica toe te dienen. Of we gebruiken de machine om de longen een paar uur te bewaren, bijvoorbeeld als een donor ’s avonds laat overlijdt. Dan kan de chirurg die de longen in de ontvanger plaatst ’s ochtends fris en fruitig beginnen, in plaats van ’s nachts te opereren."

Orgaanperfusie moet uiteindelijk leiden tot meer geslaagde transplantaties. "Longen die vroeger werden afgekeurd, kunnen nu alsnog worden gebruikt. Vroeger was het: bij twijfel, niet doen. Nu is het: bij twijfel eerst op de pomp om het orgaan beter te beoordelen. Vaak is de kwaliteit alsnog goed genoeg."

Door: Nationale Zorggids