Er is maar weinig verschil in studieresultaten tussen geneeskundestudenten die zijn toegelaten via een selectieprocedure en studenten die via een loting aan de studie geneeskunde zijn begonnen. Dit blijkt uit promotieonderzoek van Nienke Schripsema van de Rijksuniversiteit Groningen. Dit meldt NU.nl.
Schripsema vergeleek de studieresultaten van geneeskundestudenten van drie universiteiten die via loting en via selectie aan de studie waren begonnen. Hierbij onderzocht zij de gehele studietijd van de studenten, tot en met de driejarige master. Schippers zag wel enkele verschillen tussen de studenten, maar die waren erg klein. Volgens Schripsema toont haar onderzoek aan dat er te weinig bewijs is dat het systeem van toelatingscriteria beter werkt dan loting.
Dit komt overeen met de bevindingen van Anouk Wouters, die op dit onderwerp begin dit jaar promoveerde aan de Universiteit van Amsterdam (UvA). Zij vond dat de kwaliteit van artsen niet vooruit is gegaan sinds de selectiemethode voor de opleiding geneeskunde is ingevoerd.
Het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) vindt dat selectie aan de poort zorgt voor "drempels, obstakels en slagbomen voor bepaalde groepen studenten" en ziet dat steeds meer opleidingen dit doen. De studentenorganisatie pleit daarom voor meer onderzoek.
Door: Redactie Nationale Zorggids