Afgelopen woensdag maakte staatssecretaris Martin van Rijn van Volksgezondheid bekend de administratieve druk onder wijkverpleegkundigen te willen verminderen door de introductie van één geïntegreerd uurtarief. Wijkverpleegkundigen worden nu betaald vanuit vijf prestaties. Door de prestaties terug te brengen naar één hoeven wijkverpleegkundigen minder te registeren. Patiëntenfederatie NPCF staat echter nog niet achter het plan van Van Rijn, omdat het zich zorgen maakt over de invloed van de nieuwe regeling op de patiënten. Dat meldt Zorgvisie.
“Verpleegkundigen en patiënt moet samen kunnen kijken welke zorg er nodig is en de bekostiging moet dat faciliteren. Maar voor de korte termijn wil de staatssecretaris snelle stappen maken”, zegt Petra Schouten van de NPCF. De federatie is daarom nog niet akkoord en heeft ook nog niets ondertekend. Een groot risico is dat zorginstellingen lager geschoolde wijkverpleegkundigen gaan inzetten. Daarnaast vraagt de federatie zich af wat de uitwerking van één tarief is op de individuele budgethouders. Iemand die alleen verzorging nodig heeft, kan daar de financiële voordelen van zien. Dat is voor iemand die alleen 's avonds verpleging nodig heeft anders. Zodra er een passende oplossing is gevonden voor pgb-houders en de garantie van hoogopgeleid personeel er is, kan de NPCF instemmen met het plan.
Het uitgangspunt van het geïntegreerde uurtarief is het maximale tarief voor verpleging. Zorgverzekeraars houden eventuele budgetoverschrijding in de gaten. Het maximale tarief is afhankelijk van de zwaarte van de doelgroep van een zorginstelling. Een zwaardere doelgroep zal ook een hoger tarief hebben, want daarvoor is meer verpleegkundige zorg nodig. Ook gaan de zorgverzekeraars bij de zorginkoop letten op de geleverde prestaties van de zorgaanbieders, al gebeurt dat nu ook al.
©Nationale Zorggids
