Een kind met een heftige vorm van ADHD kan beperkingen in het dagelijks leven ervaren. Dat kan erg vervelend voor het kind zijn, weet onderzoeker Catharina Hartman van het Universitair Centrum Psychiatrie (UCP) van het UMCG. Met haar onderzoek naar het ontstaan van ADHD en de mogelijke rol van preventie, wil ze die kinderen graag helpen. Dat meldt het UMCG.
ADHD staat voor Attention Deficit Hyperactivity Disorder. De aandoening kan zich uiten in aandachtsproblemen, hyperactiviteit en impulsiviteit. Bestaande behandelingen kunnen de symptomen van ADHD duidelijk verminderen, maar ze genezen de aandoening niet en geven op de lange termijn geen aanzienlijke verbetering. "Daarom is het cruciaal om na te gaan hoe ADHD ontstaat en of preventie mogelijk is", vindt Hartman. "Niet omdat ADHD uitsluitend negatief is", benadrukt ze, "er zitten heel veel leuke kanten aan. Kinderen met ADHD zijn vaak erg energiek en enthousiast. Maar kinderen met een heftige vorm van ADHD ervaren soms flinke problemen in hun dagelijks leven. Een kind kan dan op school niet goed meekomen in de les, terwijl het daar wel de capaciteiten voor heeft", geeft Hartman als voorbeeld. "Of het lukt niet goed om vriendjes te maken of te houden." Met haar onderzoek naar het ontstaan van ADHD en de mogelijke rol van preventie, wil ze die kinderen graag helpen.
Nog weinig bekend over preventie van ADHD
Preventie van ADHD is een nauwelijks ontgonnen onderzoeksterrein. "Een diagnose ADHD wordt meestal gegeven als een kind op de basisschool zit, maar ouders hebben vaak al eerder in de gaten dat de ontwikkeling van hun kind anders loopt dan die van andere kinderen." Wat de vroege signalen van ADHD zijn is onvoldoende bekend. In de studie van Hartman die zij samen met collega Nanda Rommelse van het Radboudumc leidt, volgen onderzoekers 700 baby’s en hun ouders vanaf zwangerschap tot aan 6-jarige leeftijd. Dit is de periode vóór het ontstaan van ADHD. Een deel van de baby’s heeft minstens één biologische ouder met ADHD.
De omgeving heeft waarschijnlijk invloed
"Om de vroege signalen beter te kunnen herkennen, kijken we onder andere naar erfelijkheid. ADHD is sterk erfelijk bepaald en komt veel voor binnen families, hierdoor is er een kans dat kinderen van ouders met ADHD zelf ook ADHD ontwikkelen", vertelt Hartman. "Maar lang niet alle kinderen die een ouder met ADHD hebben, krijgen zelf ook ADHD en niet alle kinderen ervaren evenveel ADHD-symptomen." De omgeving heeft waarschijnlijk ook invloed op de mate waarin kinderen ADHD-symptomen hebben. "Als we meer weten over de vroege signalen van ADHD in relatie tot de omgeving, kunnen we dit gebruiken om ernst van de symptomen of nadelige gevolgen ervan te verminderen."
Emotionele uitbarstingen op jonge leeftijd
Hartman vermoedt dat kinderen die op jonge leeftijd forse problemen hebben met het reguleren van hun emoties, later mogelijk ADHD ontwikkelen. Hierbij kun je bijvoorbeeld denken aan veelvoorkomende en heftige uitbarstingen van woede of frustratie. Kinderen leren van hun ouders hoe ze hun emoties kunnen reguleren. "Als jong kindje heb je nog niet door dat je even rust moet nemen als je teveel prikkels voelt of als dingen niet lukken", legt ze uit. "Als ouder kun je een kind dan afleiden of even knuffelen om gerust te stellen. Het is dus van belang hoe je als ouder op je kind reageert, maar dit is niet altijd even makkelijk."
Ouders ondersteunen
In het onderzoek kijken Hartman en haar collega’s of ADHD kan worden voorkomen of minder fors kan uitpakken door ouders te ondersteunen in het leren van emotieregulatievaardigheden aan hun kind. In deze therapie kunnen ouders met ondersteuning van een behandelaar oefenen hoe ze in moeilijke situaties met de emoties van hun kind omgaan. Door ouders handvatten te geven hopen de onderzoekers dat kinderen beter leren om met die heftige emoties om te gaan. "Hierdoor ontwikkelt ADHD zich in de toekomst mogelijk minder heftig en ervaren kinderen minder problemen in hun dagelijks leven."
Door: Nationale Zorggids