In de eerste week van mei (week 18, 2 tot en met 8 mei 2022) overleden naar schatting 3 000 mensen. Dat zijn er iets minder dan in de week ervoor overleden (3 090) en bijna 150 meer dan verwacht. In april overleden ongeveer 1 850 meer mensen dan verwacht, er was oversterfte in vier van de vijf weken. De sterfte was vooral hoger onder Wlz-zorggebruikers en 65-plussers. Dat meldt het CBS op basis van de voorlopige sterftecijfers per week. Dat meldt het CBS.
De sterftecijfers over april gaan over vijf weken, week 13 tot en met 17 (28 maart tot en met 1 mei 2022). In week 13 tot en met 16 lag het aantal overledenen boven de verwachte sterfte, en buiten het interval van gewoonlijke fluctuaties, zodat er sprake is van oversterfte. In januari en februari lag de sterfte acht weken onder de verwachte sterfte, in maart nam de sterfte toe tot boven de verwachting. Die maand overleden wekelijks gemiddeld bijna 150 mensen meer dan verwacht, in april was dat opgelopen naar ruim 350.
Sterfte in april bij Wlz-zorggebruikers
De sterfte bij mensen die zorg ontvingen in het kader van de Wet langdurige zorg (Wlz), zoals bewoners van verpleeghuizen en gehandicaptenzorginstellingen, bleef op basis van de schatting in week 18 ongeveer gelijk aan het aantal overledenen in de week ervoor. De sterfte onder de overige bevolking nam iets af. Er overleden ongeveer 1 200 Wlz-zorggebruikers (150 meer dan verwacht) en 1 800 mensen van de overige bevolking (ongeveer gelijk aan verwacht).
In april overleden bijna 1 150 meer Wlz-zorggebruikers dan verwacht voor die maand. In drie weken was er oversterfte. De sterfte onder de overige bevolking was in april ongeveer 700 hoger dan de verwachte sterfte. In twee weken was er net sprake van oversterfte.
Hogere sterfte onder 65-plussers
De sterfte onder 80-plussers nam in week 18 verder af: er overleden naar schatting iets minder dan 1 700 mensen van 80 jaar of ouder. Dat zijn er iets meer dan verwacht voor deze periode. In april overleden bijna 1 300 meer 80-plussers dan verwacht voor die maand. In vier van de vijf weken van april was er oversterfte.
Onder mensen van 65 tot 80 jaar overleden in week 18 naar schatting 950 mensen, ruim 50 meer dan verwacht. Volgens de schatting is er net geen sprake van oversterfte. In heel april overleden ruim 400 meer mensen van 65 tot 80 jaar dan verwacht, in twee weken was er oversterfte.
Onder mensen jonger dan 65 jaar was de sterfte in week 18 naar schatting 400, ongeveer evenveel als verwacht. Voor deze leeftijdsgroep was de sterfte in april ongeveer 150 meer dan de verwachte sterfte voor die maand, met in twee weken oversterfte.
Sterfte aan COVID-19 tot en met januari bekend
De cijfers over de (over)sterfte zijn gebaseerd op de berichten over het aantal overledenen die het CBS dagelijks van gemeenten ontvangt. Deze berichten bevatten geen informatie over de doodsoorzaak. Die informatie ontvangt het CBS later via een doodsoorzakenverklaring. Voor alle overledenen tot en met januari 2022 is de doodsoorzaak bekend. Volgens deze cijfers overleden 40 679 mensen aan COVID-19 van maart 2020 tot en met januari 2022. Naast de coronapandemie is er sinds 16 maart 2022 een griepepidemie in Nederland, meldt het RIVM.
Door: Nationale Zorggids