Vaderlijke mutaties, die toenemen met het stijgen van de leeftijd, hebben een duidelijk herkenbaar profiel. Dat geldt ook voor de moeder, waardoor nieuwe mutaties deels zijn te herleiden naar onderliggende processen in de zaad- en eicellen, schrijven onderzoekers van het Radboudumc en hun Amerikaanse collega’s.
Onze erfelijke code (het genoom) is vastgelegd in ongeveer drie miljard letters. Kinderen krijgen de helft van hun code via de zaadcel van de vader en de andere helft via de eicel van de moeder. De afgelopen jaren is door screening van het menselijk genoom duidelijk geworden dat in dit proces ongeveer tussen de veertig en tachtig foutjes ontstaan. In de 3 miljard letters van de erfelijke code van een kind zijn dus ongeveer zestig letters anders geschreven dan in de codes van zijn vader en moeder. De veranderingen die in de zaad- en eicel tot stand zijn gekomen noemen we de novo (nieuwe) mutaties.
Christian Gilissen, bioinformaticus bij de afdeling Genetica van het Radboudumc dit proces van de novo mutaties onderzocht in ruim 800 vader-moeder-kind trio’s. Gilissen: “We wisten al enkele jaren dat mannen meer mutaties in zaadcellen hebben. Zaadcellen worden vanaf de puberteit voortdurend vermenigvuldigd en bij dat ‘kopiëren’ wordt af en toe een foutje gemaakt. Eicellen van de vrouw zijn daarentegen vanaf de geboorte aanwezig, hoeven niet vermenigvuldigd te worden, waardoor die foutjes niet ontstaan. Hierdoor ontstaan ongeveer vier keer meer veranderingen in de zaadcellen dan in de eicellen en komt er per levensjaar van de vader grofweg één mutatie bij.”
Het was echter onbekend of het type mutaties in zaad- en eicellen hetzelfde is. De onderzoekers toonden aan dat de vader via zijn zaadcel andersoortige mutaties op het kind overbrengt dan de moeder en dat deze verschillen groter worden naarmate de vader ouder is.
De novo mutaties zijn om zeker twee redenen erg interessant. Op de eerste plaats kan zo’n nieuwe mutatie in slechts één van de drie miljard letters een ernstige ziekte veroorzaken in een kind van ouders die deze mutatie geen van beiden hebben. Gilissen: “Dat zien we heel vaak terug bij kinderen met een ernstige verstandelijke beperking, waar we hier in het Radboudumc veel onderzoek naar doen. Vader gezond, moeder gezond, geen verstandelijke beperkingen in de familie, en toch als donderslag bij heldere hemel een kind met een ernstige verstandelijke handicap. Via genetisch onderzoek kunnen we steeds vaker op de genetische letter nauwkeurig aangeven hoe dat komt.”
© Nationale Zorggids