Als het aan onderzoekers ligt, moeten psychiaters hun patiënten vaker adviseren om een hiv-test te doen. Amerikaanse wetenschappers hebben ontdekt dat mensen met een psychische stoornis vijftien keer meer kans hebben om besmet te raken met het virus. Vroegtijdig opsporen van hiv kan de levensverwachting en de kwaliteit van leven verbeteren. Dit meldt NU.nl.
Aan het onderzoek deden bijna 57.000 inwoners van Californië mee die medicijnen gebruiken voor de behandeling van een psychische stoornis. Hun medische gegevens werden geanalyseerd, waaruit bleek dat niet veel deelnemers een hiv-test hadden ondergaan. Het aantal lag op 6,7 procent van de deelnemers, van de gezonde inwoners van Californië liet 5,2 procent zich testen.
Wie behandeld wordt voor onder andere zware depressie, een bipolaire stoornis of schizofrenie loopt veel meer kans om hiv op te lopen en zou daarom ook gestimuleerd moeten worden om zich regelmatig te laten testen. Dat deze groep meer risico loopt, komt volgens de onderzoekers doordat zij zich vaker blootstellen aan onveilig gedrag. Dit kan gelden voor het gebruik van drugs met vuile naalden, maar ook onbeschermde seks met iemand die hiv-besmet is of die zich niet heeft laten testen.
Psychiaters zouden er volgens de onderzoekers goed aan doen om hun patiënten een jaarlijkse hiv-test te laten doen. Mensen met een psychische aandoening hebben een kortere levensverwachting door bijwerkingen van medicatie zoals een hoge bloeddruk en overgewicht. Ook hiv kan de levensverwachting doen dalen. Daarom is tijdig opsporen de beste manier om de kwaliteit van leven van de patiënt zo hoog mogelijk te houden.
Door: Redactie Nationale Zorggids