De wetenschappers publiceerden hun onderzoek in het tijdschrift Science. Ze ontdekten dat de hersencellen van muizen krimpen tijdens de slaap, waardoor de tussenliggende ruimte gemiddeld zestig procent groter wordt. Hierdoor krijgt het hersenvocht vrij spel tussen de cellen waardoor afvalstoffen veel sneller afgevoerd worden dan tijdens de waakperiode. De muizen werden geïnjecteerd met eiwitten, die tijdens de slaap uit het muizenbrein werden afgevoerd. De afvalstoffen verdwijnen uiteindelijk naar de lever, waar ze worden afgebroken.

De ontdekking kan mogelijk verklaren waarom slaap zo belangrijk is voor alle levende organismen. De onderzoekers vermoeden dat problemen met dit schoonmaaksysteem mogelijk in verband staan met ziekten als Alzheimer en Parkinson. Bij deze ziekten hopen beschadigde eiwitten zich op in de hersenen. De onderzoekers benadrukken dat dit nader onderzoek behoeft.

Slaapexperts reageren vooralsnog sceptisch op de uitkomsten van het onderzoek. Zij zeggen dat het brein van een muis niet goed te vergelijken is met het veel complexere menselijk brein. Ook stellen ze dat slaap veel meer functies heeft dan alleen het reinigen van de hersenen.

© Nationale Zorggids