(Novum) - Sinds de invoering van een nieuwe screening in maart zijn bijna zestig mensen uit de kinderopvang gehaald. In bijna alle gevallen ging het om huisgenoten van gastouders, schrijft minister van Sociale Zaken Lodewijk Asscher (PvdA) in een Kamerbrief.
De medewerkers waren in dertien gevallen betrokken bij zedenzaken. Een kleine dertig signalen gingen over geweldsmisdrijven en in negen gevallen waren er drugs in het spel.
Om aan de slag te gaan in de kinderopvang moeten medewerkers een verklaring omtrent het gedrag (vog) overhandigen. Die kunnen ze alleen krijgen als ze geen overtredingen op hun strafblad hebben staan waaruit blijkt dat ze een gevaar voor kinderen kunnen vormen. Voorheen viel het niet direct op als ze, eenmaal in dienst, toch zo'n overtreding begingen. De verklaring was immers al overhandigd.
Sinds maart worden medewerkers in de kinderopvang daarom voortdurend gescreend. Als zij een overtreding begaan of ergens van worden verdacht, controleert justitie of ze nog altijd een vog zouden krijgen. Als dat niet het geval is, wordt de GGD ingeseind. Het OM stuurde signalen over 66 personen. Over twee personen werden twee signalen verzonden.
De GGD eist in zo'n geval van de kinderopvanginstelling dat die voor de betrokken medewerker een nieuwe vog aanvraagt, die naar alle waarschijnlijkheid dus wordt afgewezen. In de meeste gevallen zagen de betrokken medewerkers dan ook van de aanvraag af en vertrokken zij. In negen gevallen werd toch een nieuwe vog aangevraagd. In twee gevallen werd die toch nog verstrekt, omdat uit nieuwe informatie bleek dat zij geen gevaar vormen.
In vijftig gevallen gaf het OM een signaal af over volwassen huisgenoten van gastouders. In vijf gevallen ging het over de gastouders zelf. In twaalf gevallen ging het over medewerkers van kinderdagverblijven of in de buitenschoolse opvang en in een geval ging het over de eigenaar van een kinderopvang.