Inspectie voor de Gezondheidszorg

De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft chirurg R.W.J. Muller, die werkzaam was in het Ziekenhuis Bethesda Hoogeveen, een bevel gegeven. Het bevel houdt in dat chirurg Muller geen complexe vaatchirurgisch zorg meer mag verlenen. De inspectie is van oordeel dat dit een reëel gevaar oplevert voor de veiligheid van patiënten.

Naar aanleiding van meldingen van het Openbaar Ministerie in 2012 en door het Ziekenhuis Bethesda Hoogeveen over een calamiteit waarbij de patiënt is overleden, heeft het ziekenhuis op verzoek van de IGZ een intern onderzoek ingesteld. Het ziekenhuis heeft de inspectie over de onderzoeksresultaten en conclusies geïnformeerd. De aard van de meldingen en de resultaten van dit onderzoek naar de calamiteit, waren voor de inspectie aanleiding om aanvullend onderzoek te doen naar het optreden van de chirurg.
 
Bevindingen
Op basis van het onderzoek van de calamiteitencommissie en de door het ziekenhuis aangetrokken externe deskundige naar het overlijden van de patiënt, is geconstateerd dat de chirurg naar de mening van de inspectie, in strijd heeft gehandeld met de KNMG-gedragregels voor artsen en ernstige fouten heeft gemaakt. Dit wordt voorgelegd aan de tuchtrechter.
 
De inspectie heeft in maart 2013 een overzicht gekregen van de patiënten die door chirurg Muller in het ziekenhuis zijn geopereerd. Uit dat overzicht bleek dat behalve de patiënt van de calamiteitenmelding, ook andere patiënten tijdens of na de opname zijn overleden. Bij één van deze patiënten ging het eveneens om een complexe vaatchirurgische ingreep. De inspectie laat naar aanleiding van dit overzicht door een extern deskundige (dossier)onderzoek verrichten.
 
Het bevel geldt totdat naar het oordeel van de inspectie uit het nader onderzoek is gebleken dat chirurg Muller in staat is verantwoorde (complexe) vaatchirurgische zorg te verlenen, of totdat de tuchtrechter zich onherroepelijk heeft uitgelaten over zijn bevoegdheid daartoe en/of het professionele handelen van de chirurg.