DEN HAAG (Novum) - Mannen en voltijders werken nog altijd vaker over dan vrouwen en deeltijders. Hierin is de afgelopen jaren nauwelijks verandering geweest, blijkt maandag uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek.
Van de mannen zei vorig jaar 41 procent regelmatig over te werken. Sinds 2005 varieert dit tussen de 42 en 41 procent. Van de vrouwen zei 32 procent regelmatig over te werken. Bij de vrouwen varieert het percentage sinds 2005 tussen de 32 en 34 procent.
Het verschil tussen mannen en vrouwen komt volgens het CBS mede doordat vrouwen vaker in deeltijd werken. Deeltijders hebben minder vaak overwerk. Van hen zegt 29 procent hier regelmatig mee te maken te hebben, terwijl dat bij de voltijders 43 procent is.
Werknemers die overwerken maken per week gemiddeld zes extra uren. Bij overwerkende mannen is dat zeven uur, bij vrouwen 4,5 uur. In de handel, het vervoer en de horeca worden de meeste extra uren gemaakt. Zo maken overwerkende werknemers in het vervoer vaak meer dan negen uur per week extra.
In de informatie- en communicatiesector komt overwerk het meest voor, namelijk bij 43 procent van de werknemers. Daarna volgt de landbouw, bosbouw en visserij met ongeveer 41 procent, gevolgd door de overheid en de zorg met 39 procent. In de bouw is het percentage overwerkers met dertig procent het laagst. Van de handelaren in onroerend goed werkt ongeveer 32 procent regelmatig over.