De periodieke registratie van basisartsen is al enige jaren onderwerp van discussie. De afgelopen jaren heeft de KNMG de Tweede en de Eerste Kamer gewezen op de gevolgen van de invoering van periodieke registratie, zoals de gevolgen voor artsen van het titelverlies, de administratieve lasten en de marginale invulling van het begrip 'gelijkgestelde werkzaamheden'.
Dit heeft er onder mee toe geleid dat na doorhaling de titel arts niet-praktiserend gevoerd mag worden.
Op dit moment ligt in de Eerste Kamer een nadere invulling van de eisen voor herregistratie (Besluit periodieke registratie Wet BIG). De Kamercommissie VWS heeft enige maanden geleden met het oog op dit Besluit vragen aan de minister gesteld. Twee weken geleden stuurde de minister een brief met antwoorden op die vragen.
De antwoorden van de minister waren voor de KNMG aanleiding om haar opvattingen over periodieke registratie nog eens aan de Kamercommissie te sturen. In deze brief heeft de KNMG onder meer aangegeven dat administratieve lastenverlichting bij periodieke registratie behaald kan worden door zogenaamde geregistreerde profielartsen eenzelfde vrijstelling te geven als specialisten. In het huidige voorstel zijn specialisten vrijgesteld van periodieke registratie zolang zij in het specialistenregister staan ingeschreven.
Tijdens de vergadering van 12 april jl. heeft de Vaste Kamercommissie besloten per brief nog enkele nadere vragen te stellen aan de minister van VWS. De KNMG blijft de zaak volgen.
