Van Rijn laat weten dat het onacceptabel is dat patiënten die zorg nodig hebben deze niet krijgen. Patiëntenstops die patiënten duperen zijn dus uit den boze, wat betreft de staatssecretaris van Volksgezondheid. Van Rijn heeft bij patiëntenfederatie NPCF nagevraagd of zij meldingen hebben gehad over patiënten die verstoken blijven van zorg. De NPCF heeft echter tot op heden hier geen signalen over ontvangen, zo staat in de brief. 

 

Desondanks laat Van Rijn weten dat er momenteel gesprekken gaande zijn met zorgverzekeraars. Niet de zorgaanbieders, maar de zorgverzekeraars hebben de zorgplicht in dit geval. Zorgverzekeraars zijn namelijk verplicht voor de zorg van hun verzekerden te zorgen. De zorgverzekeraars zullen dan ook waar nodig bij gaan contracteren, meldt Van Rijn. Daarna zullen zij aan hun verzekerden melden waar ze terecht kunnen voor hun benodigde zorg. Omdat de gesprekken momenteel nog gaande zijn kan Van Rijn niet zeggen wanneer de patiëntenstops opgeheven worden. Ook laat hij weten geen totaaloverzicht te hebben van het aantal thuiszorgaanbieders dat patiëntenstops hanteren. 

 

Van Rijn onderschrijft daarnaast dat thuiszorgorganisaties een hele moeilijke opdracht hebben. “De taakstelling die gepaard gaat met de overheveling naar de Zorgverzekeringswet is fors. Alle partijen hebben zich met de ondertekening van het onderhandelaarsresultaat verpleging en verzorging gecommitteerd aan de opdracht om zich tot het uiterste in te spannen om de taakstelling te realiseren gegeven het afgesproken financiële kader. Dat dit kader zorgaanbieders dwingt om een uiterste inspanning te leveren is zeer reëel. Aangezien er voor verzekerden voldoende aanbod moet zijn en blijven verwacht ik niet dat de aantallen die BTN noemt werkelijkheid worden."