Er zijn grote verschillen in de toegang tot nieuwe kankermedicijnen tussen verschillende landen in Europa. Het verschil loopt op tot zeven jaar na goedkeuring door het Europese Geneesmiddelen Agentschap (EMA). Er zijn niet alleen verschillen tussen landen, maar ook tussen ziekenhuizen in eenzelfde land – vooral tussen algemene en specialistische ziekenhuizen. Dit meldt het Antoni van Leeuwenhoek.
Het is een bekend probleem dat innovatieve medicijnen tegen kanker niet voor alle patiënten met dezelfde indicatie tegelijk beschikbaar komen en dat vooral de toegang ertoe soms wel jaren kan duren. Maar wat nog niet eerder in kaart is gebracht, is wanneer en hoe de eerste patiënten een nieuw medicijn voorgeschreven krijgen.
8 jaar verschil
In eerdere studies is met name gekeken naar het moment dat een nieuw medicijn werd opgenomen in de lijst van vergoede geneesmiddelen, zoals in dat in Nederland het basispakket is. “Maar als je het echt precies wilt weten wanneer de eerste patiënten met die nieuwe medicijnen behandeld worden, dan kun je dat alleen in ziekenhuisdatabases vinden”, legt onderzoeker Julie Vancoppenolle uit. En daaruit blijkt dat bij zes geneesmiddelen de tijd tussen goedkeuring door het EMA en de daadwerkelijke toegang gemiddeld 2,1 jaar bedroeg, meer daarbij veel grote variaties. Voor één medicijn geldt zelfs een verschil van 8 jaar tussen goedkeuring en daadwerkelijk behandeling van patiënten. In Hongarije en België moeten patiënten het langst wachten, gevolgd door Nederland en Zwitserland. Tijdens het onderzoek was er maar één ziekenhuis (in Zwitserland) dat tijdens het onderzoek alle zes de medicijnen voor alle twintig medicaties beschikbaar had.
Schokkend
De verwachting voor het onderzoek was dat er verschillen waren in de toegang tot nieuwe medicijnen, maar de enorme verschillen waren voor de onderzoekers schokkend “als je bedenkt dat alle landen en ziekenhuizen in principe dezelfde toegang hebben tot de onderliggende informatie".
Door: Nationale Zorggids