De meeste vragen komen met name voort uit één passage in het voorstel. En dat gaat over nabestaanden. Als nabestaanden ervan overtuigd zijn dat hun overleden familielid geen donor wilde zijn, maar wel zo geregistreerd staat (ja of geen bezwaar), moeten zij een bezwaar indienen. Zij moeten het namelijk kunnen aantonen, of in ieder geval een ‘helder onderbouwd verhaal’ hebben. 

 

Artsenfederatie KNMG vreest voor een mogelijk verstoorde relatie  tussen de artsen en nabestaanden. “Dat is onwenselijk in een situatie die voor nabestaanden toch al moeilijk en emotioneel is, en waarin artsen vaak onder tijdsdruk moeten handelen”, aldus de KNMG. Artsen op de intensive care kunnen zich hier echter niet in vinden en begrijpen het bezwaar dat nabestaanden kunnen hebben. Zij zeggen dan ook te zullen luisteren naar de bezwaren van nabestaanden, ook als hun overleden familielid inderdaad toestemming heeft gegeven voor orgaandonatie. 

 

Artsen mogen in de huidige wetgeving ook van een orgaandonatie afzien op het moment dat de nabestaanden gegronde bezwaren hebben. Intensive care-artsen stemmen in met de wensen van de nabestaanden als een donatie bijvoorbeeld psychisch leed veroorzaakt bij nabestaanden. Volgens Dijkstra zal dat bij de nieuwe donorwet niet anders zijn. Als nabestaanden legitieme bezwaren hebben, mag een arts de donatie annuleren. Er geldt nu geen veto-recht en dat zal in de toekomst ook niet zo zijn. Dijkstra wil juist dat de donor het initiatief neemt en de nabestaanden zich daar geen zorgen om hoeven te maken. 

 

De brief van Dijkstra wordt dinsdag besproken en daaruit moet dan meteen blijken of ze zich meer schikt naar de wensen van de Eerste Kamer en de artsenfederatie of dat ze toch bij haar initiële voorstel blijft. Wat iedereen duidelijk wil hebben is: wat is de exacte rol van nabestaanden?