De gemeenten Amsterdam, Rotterdam, Den Bosch en Amsterdam experimenteren vanaf dit najaar met extra ondersteuning voor dementiepatiënten zodat zij langer thuis kunnen blijven wonen. Studenten ondersteunen mantelzorgers en de dementerende ouderen krijgen bijvoorbeeld een vertrouwenspersoon en zogenoemde alternatieve diagnosegesprekken. Hoogleraar Anne-Mei The berekende onlangs een besparing van 700 miljoen euro als dementerende ouderen twee weker langer thuis blijven wonen. Dit meldt Trouw.
Vier gemeenten zullen dit jaar, met financiële ondersteuning van het ministerie van Volksgezondheid, pogen ouderen met dementie een nieuw perspectief te geven, wat langer thuis wonen mogelijk moet maken. Door de mantelzorger te ontlasten en dementerende ouderen te wijzen op de toekomstmogelijkheden, kan dat. Dit gebeurt echter nog niet veel, omdat partijen eerst moeten investeren voordat een besparing plaatsvindt.
Gemeenten betalen uit eigen zak
Vertrouwenspersonen moeten bijvoorbeeld door de gemeente betaald worden. Net als mantelzorgondersteuning. Daarvoor gebruiken gemeenten het beschikbare budget vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Dit kost geld, maar aan de andere kant besparen ze ook geld door verblijf in verpleeghuizen uit te stellen. Echter, levert gemeenten dit niet direct iets op omdat het bespaarde geld teruggaat naar het budget van de Wet langdurige zorg (Wlz) dat van de overheid is.
Systemen op de schop
Om ervoor te zorgen dat gemeenten er baat bij hebben, en dus iets van de besparingen merken, wil hoogleraar The de schotten tussen de verschillende potjes deels weghalen. Dit is gemakkelijker gezegd dan gedaan, want dit betekent dat het systeem geheel op de schop moet. Het ministerie van Volksgezondheid staat hiervoor open, mits de experimenten door de vier gemeenten (en volgend jaar nog eens vier gemeenten) succesvol zijn.
Door: Redactie Nationale Zorggids