“Heel veel mensen raken hierdoor hun vertrouwde huishoudelijke hulp na soms tientallen jaren kwijt. Omdat wij niet als Wlz-aanbieder gelden, mogen we na zaterdag niet meer bemiddelen voor alfahulpen, thuishulpen die in loondienst zijn van de cliënt zelf”, aldus Raap. Alleen al voor zijn stichting geldt dat vijftig cliënten hun thuishulp waarschijnlijk kwijtraken. Landelijk zullen de getallen nog veel hoger zijn, denkt Raap.

Hoewel Wlz-zorgaanbieders ervoor kunnen kiezen om de alfahulpen in dienst te houden als zzp’er, verwacht Raap niet dat zij dit zullen doen. Deze zorgaanbieders zien nu namelijk kansen voor extra omzet voor de huishoudelijke hulp. Raap vindt het vooral vervelend dat de cliënt bij deze wijziging niet centraal lijkt te staan. In plaats daarvan stellen de zorgaanbieders hun eigen behoeften voorop en doen zij geen moeite om de client te vragen of hij zijn vertrouwde alfahulp wil behouden.

De verplaatsing van het MPT van de Wmo naar Wlz zou voor meer overzicht en minder verschillende thuiszorgmedewerkers moeten zorgen. “Dat snap ik in principe wel. Neemt niet weg dat ook in de nieuwe situatie voor huishoudelijke hulp iemand anders ingezet zal worden. Een verzorgende of verpleegkundige gaat dat namelijk er niet even bij doen, naast hun zorgtaken”, zegt Raap. Hiervoor wordt dus een huishoudelijke hulp ingehuurd. Raap vraagt zich echter af waarom het niet de vertrouwde thuishulp is, in plaats van een voor de cliënt onbekende medewerker. 

Door: Redactie Nationale Zorggids