Alle zwangeren kunnen vanaf april volgend jaar een prenatale test laten doen om te controleren op het edwards-, patau- en downsyndroom. Als het onderzoek naar de zogenoemde NIPT is afgerond, wil minister van Volksgezondheid Ernst Kuipers hem kosteloos beschikbaar stellen voor iedereen die zo'n test wil laten afnemen. Er moeten wel nog allerlei praktische details ingevuld worden.
De zogenoemde niet-invasieve prenatale test (NIPT) is een bloedonderzoek en een zeer betrouwbare manier om afwijkingen in het genoom vast te stellen. Groot voordeel is dat het onderzoek geen risico vormt voor de zwangere of het kind. Op zich is de NIPT al langer beschikbaar voor alle zwangeren, maar alleen als deelnemer aan een onderzoek en met een eigen bijdrage van 175. Dat is vanaf 1 april 2023 niet meer nodig, zegt de minister.
Voorbereidingen in volle gang
De voorbereidingen om de NIPT voor iedereen beschikbaar te stellen "zijn in volle gang", schrijft Kuipers. Het RIVM heeft de aanbesteding met de laboratoria afgerond, maar aan aanbestedingen voor onder meer de apparatuur wordt nog gewerkt. Ook moeten de ICT-systemen nog aangepast worden en loopt er een vergunningaanvraag.
Medici werken ook nog aan een richtlijn om te regelen hoe de zwangere geïnformeerd kan worden als uit het onderzoek een andere afwijking naar voren komt dan de drie symptomen waar de NIPT zich op richt. Die moet daar dan wel om vragen. De Gezondheidsraad had in 2020 geadviseerd om die zogenoemde nevenbevindingen alleen te melden als die "klinisch relevant en ernstig" zijn.
Door: ANP