Kinderen die zijn geboren na medisch ingrijpen, bijvoorbeeld met weeënopwekkers, een vacuümpomp of een keizersnede, hebben vaker gezondheidsproblemen. Dat blijkt uit de analyse van gegevens van bijna 500.000 Australische kinderen van gezonde moeders die tussen 2000 en 2008 na een ongecompliceerde zwangerschap werden geboren. Dat meldt het UMCG.
In deze studie is een duidelijk verband aangetoond, maar het is nog te vroeg om te stellen dat de geboorte-interventies rechtstreeks leiden tot de slechtere gezondheid. Daar is verder onderzoek voor nodig. Toch ondersteunen de onderzoekers de eerdere oproep van de Wereldgezondheidsorganisatie om terughoudender te zijn met geboorte-interventies. Onderzoekers van UMCG, VUmc en Verloskunde Academie AVAG publiceerden hun bevindingen samen met collega-onderzoekers uit Australië, Ierland en Groot-Brittannië in het wetenschappelijk magazine Birth.
Steeds meer geboorte-interventies
Het is een wereldwijde tendens die ook in Nederland duidelijk zichtbaar is: steeds minder kinderen worden geboren met een normale bevalling. Zo stijgt het percentage kinderen dat met een keizersnede ter wereld komt gestaag. In Europa is dat nu 25 procent, in Australië 33 procent en Latijns-Amerika en de Cariben spannen de kroon met 41 procent.
Ook de aantallen van ‘instrumentele bevallingen’ zoals tangverlossingen en vacuümpomp stijgen, net als de toediening van weeënopwekkers en andere farmaceutische interventies. In het onderzoek is alleen gekeken naar de bevallingen van gezonde vrouwen die gezonde kinderen zonder aangeboren afwijkingen kregen, en waarbij er tijdens de zwangerschap geen medische indicatie was voor het ingrijpen tijdens de geboorte. Slechts 38 procent van deze vrouwen had een normale bevalling zonder enige vorm van medisch ingrijpen.
Gezondheidsproblemen
Uit de studie blijkt dat dat het risico dat een kind gezondheidsproblemen ontwikkelt significant groter is als er een medische interventie was tijdens de bevalling. Alle soorten geboorte-interventies worden gelinkt aan gezondheidsproblemen, maar de aard van de gezondheidsproblemen varieert per interventie. Uit het onderzoek blijkt wel dat hoe meer er ingegrepen is, hoe meer gezondheidsproblemen. Dus als er eerst weeënopwekkers zijn gegeven en vervolgens ook een (spoed)keizersnede nodig was, dan zijn de gezondheidsproblemen het grootst.
Een Australische onderzoeker ontwikkelde in 2012 de hypothese dat een vaginale geboorte de kans biedt om gezond microbioom te ‘zaaien’ en dat de stress van een normale bevalling een belangrijke invloed heeft op het programmeren van het immuunsysteem van het kind. Te weinig stress (geen weeën en een keizersnede) en te veel stress (inleiding, opwekking of instrumentele geboorte) kan lijden tot een chemische verandering van het dna. Door deze chemische verandering kunnen bepaalde genen aan- en uitgezet worden en dit kan leiden tot een uiteenlopende gezondheidsproblemen. Deze hypothesen worden verder onderzocht.
Door: Redactie Nationale Zorggids