(Novum) - Tien procent van de Nederlanders gelooft dat het noodzakelijk is naast hun gewone voeding zogenoemde superfoods tot zich te nemen. Deze mensen vertrouwen er bijvoorbeeld op dat gojibessen de kans op kanker verminderen of dat chiazaad het verouderingsproces vertraagt, concludeert het Voedingscentrum uit een steekproef die het heeft laten uitvoeren onder duizend mensen.
Van tal van voedingsmiddelen wordt volgens het voedingscentrum beweerd dat ze uiteenlopende ziekten en ongemakken voorkomen. "Maar zulke wondermiddelen bestaan niet", waarschuwt het centrum. De meeste Nederlanders zouden er dan ook niet in trappen.
Jongeren en hogeropgeleiden zijn iets enthousiaster over superfoods, zoals zeewier en tarwegras. Maar hoe ouder de consument, hoe sceptischer hij wordt.
De geclaimde gezondheidseffecten van voedingsmiddelen zoals kokosvet, algenextracten en hennepzaad zijn volgens het centrum onvoldoende wetenschappelijk onderbouwd. "Bovendien kan niet één voedingsmiddel alle belangrijke voedingstoffen leveren die het lichaam nodig heeft. Variatie is het toverwoord", schrijft het centrum. "De beste manier om alle verschillende voedingsstoffen binnen te krijgen die je nodig hebt, is om elke dag volop te variëren. Vooral voor groente en fruit is dit belangrijk"
De term superfood mag door iedereen worden gebruikt. Ongeveer een op de zes Nederlanders zou het woord kennen. Bijna een kwart geeft aan weleens superfood te kopen, bijvoorbeeld om de weerstand of hun energieniveau te verhogen.
Bessen en zaden zijn de meest verkochte superfoods. Dat groente en fruit als superfood wordt verkocht is volgens het Voedingscentrum niet per se erg. "Want groente en fruit horen gewoon in een gezond eetpatroon." Het zou pas een probleem worden als mensen doorslaan in hun overtuiging. "Ze kunnen onterecht gaan geloven dat zij een bepaald product in grote hoeveelheden moeten eten of drinken. Dan lopen ze het risico op een onvolwaardig, eenzijdig eetpatroon."