Mensen die een niet goed functionerend autonoom zenuwstelsel hebben, hebben een verhoogd risico op het krijgen van hart- en vaatziekten en diabetes. Dit concludeert Stefanie Hillebrand in haar promotieonderzoek. “Het functioneren van het autonome zenuwstelsel lijkt mede te bepalen hoe ongezond overgewicht voor iemand is.” Dit meldt het Leids Universitair Medisch Centrum.
Hillebrand onderzocht of het autonome zenuwstelsel een rol speelt in het ontwikkelen van diabetes en hart- en vaatziekten. De promovenda bekeek daarbij hoe overgewicht het autonome zenuwstelsel beïnvloedt. Het zenuwstelsel bestaat uit twee takken. “Het parasympatische deel is vooral actief in rustige periodes en zorgt dan voor een rustige hartslag en een actieve spijsvertering. Het andere deel is het sympathische deel. Dat werkt vooral tijdens perioden van activiteit, zoals tijdens lichamelijke inspanning en emotionele momenten.”
Hillebrand ontdekte dat een hoge activiteit van het sympathische zenuwstelsel en een lage activiteit van het parasympatische zenuwstelsel zorgen voor overgewicht en ziekte. Dit komt omdat het lichaam niet goed meer kan schakelen tussen de twee zenuwstelsels. “Bij gezonde mensen kan het lichaam goed schakelen tussen het sympathische en parasympathische zenuwstelsel, afhankelijk van wat het lichaam nodig heeft. Wanneer de werking van het autonome zenuwstelsel verminderd is, verloopt de aanpassing minder goed en is vooral het sympathische zenuwstelsel dominant.”
Ook gezonde mensen die een slecht functionerend zenuwstelsel hebben, zijn slechter af, aldus de promovenda. “Gezonde mensen met een slechtere functie van het autonome zenuwstelsel hebben 32 tot 45 procent meer kans op het ontwikkelen van hart- en vaatziekten.” Volgens Hillebrand komt dit doordat er meer vetten in het bloed aanwezig zijn. Het actievere sympathische zenuwstelsel zorgt voor deze hogere concentratie vetten in het bloed en de lever. Dit is slecht voor hart en bloedvaten.
© Nationale Zorggids