Begin jaren tachtig had 5 procent van de Nederlanders obesitas. Inmiddels is dat percentage verdrievoudigd naar 16 procent. Ook ernstigere vormen van obesitas namen toe: in 1981 had 1 procent van de bevolking dit en in 2023 was dat 4 procent van de bevolking. Dit meldt CBS.
Het CBS berekent het aantal mensen met obesitas op basis van hun Body Mass Index: het gewicht in kilogram, gedeeld door het kwadraat van de lengte in meters. Iemand met overgewicht heeft een BMI van 25 of hoger en bij een BMI van 30 of hoger wordt gesproken van obesitas. Van morbide obesitas is sprake als iemand een BMI heeft van 40 of hoger.
Obesitas-klasses
De klasse-1 versie (BMI 30 tot 35) van de drie vormen van obesitas komt het vaakst voor. Hier had 4 procent van de 20-plussers in 1981 mee te maken en 12 procent in 2023. 3 procent van de 20-plussers had vorig jaar obesitas klasse 2 (BMI 35 tot 40) en 1 procent had morbide obesitas (klasse 3 – BMI 40 of hoger).
Obesitas in Europa
Vergeleken met de Europese Unie komt Nederland er gemiddeld beter vanaf. Ruim de helft van de Europeanen in de EU had in 2019 overgewicht, waarvan 17 procent obesitas. In Nederland was dat in 2019 15 procent. Roemenië, Italië en Bulgarije hebben een lager aandeel volwassenen met obesitas dan in Nederland. In Malta, Hongarije en Kroatië hebben de meeste volwassen Europeanen obesitas.
(On)tevreden over lichaamsgewicht
27 procent van de 18-plussers met obesitas vindt zichzelf een beetje te zwaar, 47 procent vindt zichzelf te zwaar en 23 procent vindt zichzelf veel te zwaar. 3 procent van de mensen met obesitas is tevreden met zijn lichaamsgewicht.
Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky