Tijdens een opname in het ziekenhuis en bij ontslag zou meer aandacht moeten worden besteed aan comorbiditeit (de aanwezigheid van meer dan een stoornis of aandoening). Dit stellen Jacques Conzé en anderen in British Medical Journal, zo meldt Medisch Contact.
De onderzoekers gingen bij meer dan tienduizend patiënten na of ze binnen dertig dagen na ontslag opnieuw werden opgenomen en wat hier de reden voor was. Hierbij werd ook de comorbiditeit van de patiënten in kaart gebracht. Ruim een vijfde van de patiënten werd opnieuw opgenomen. Bij acht procent was volgens de onderzoekers sprake van heropnames die mogelijk te voorkomen zijn.
In deze gevallen ging het bijvoorbeeld om complicaties van de behandeling of heropnames vanwege aandoeningen die al bekend waren bij de eerste opname. De meest voorkomende redenen voor heropname waren infectie (twaalf procent), neoplasmata of weefselvorming (acht procent) en hartfalen (zeven procent). Voor patiënten met een cardiovasculaire aandoening staat hartfalen op nummer een als reden voor heropname.
Volgens de onderzoekers lijkt het logisch dat tijdens een ziekenhuisopname de meeste aandacht wordt besteed aan de reden waarom een patiënt er in de eerste plaats is terechtgekomen, maar sommige opnames kunnen voorkomen worden als er beter gekeken wordt naar comorbiditeit.
Het onderzoek geeft meer helderheid over het zogenoemde post-hospital syndrome, waarmee patiënten in de periode na opname te maken kunnen krijgen. Zij zijn dan extra kwetsbaar door verminderde reserves, verstoorde fysiologie en verlaagde weerstand. Mogelijk speelt comorbiditeit hierbij een belangrijke rol; aandoeningen kunnen verergeren door een andere ziekte, door veranderingen in medicatie, of door gebrek aan aandacht voor de chronische ziekte.
© Nationale Zorggids