Er blijft altijd een kans op misstanden als kinderen in Nederland worden geadopteerd vanuit het buitenland, ook als het huidige stelsel op de schop gaat. Wel kunnen aanpassingen ertoe leiden dat de kans op misstanden kleiner wordt. Dat blijkt uit een verkenning die minister Dekker voor Rechtsbescherming heeft uitgevoerd naar de toekomst van interlandelijke adoptie. Dit meldt de Rijksoverheid.
In februari concludeerde de commissie Joustra dat Nederland uit de gedachte ‘goed te doen’ jarenlang niet hard genoeg heeft opgetreden tegen misstanden die plaatsvonden bij adoptie uit het buitenland. Er was sprake van vervalsing van documenten, kinderhandel, fraude en corruptie.
De commissie zag bovendien dat er in het huidige systeem nog steeds kwetsbaarheden zitten, waardoor misstanden in het heden niet uit te sluiten zijn. Daarop heeft minister Dekker adoptie uit het buitenland opgeschort. Die opschorting blijft voorlopig van kracht.
'Kwetsbaarheden in adoptiesysteem niet negeren'
“We moeten niet dezelfde fouten maken als vroeger door de kwetsbaarheden in het systeem te negeren of te bedekken met de mantel der liefde”, aldus minister Dekker. “Dat betekent dat we nu heel secuur moeten kijken naar de toekomst van buitenlandse adoptie. Daarbij staat het belang van het kind voorop.” Hij vervolgt: “Ik wil kinderen die worden geadopteerd uit het buitenland beschermen tegen misstanden. Blijkt het niet mogelijk die bescherming te bieden dan zou in mijn ogen serieus moeten worden overwogen om te stoppen met interlandelijke adoptie.”
Overgang naar nieuw adoptiestelsel
De minister gaat een aantal vragen die deze verkenning opwerpt verder uitwerken. Zoals met welke landen eventueel nog samengewerkt kan worden, wat er nodig zou zijn voor de overgang naar een nieuw stelsel en over hoeveel adopties het nog zal gaan. In de tussentijd blijft de minister met adoptiebureaus in gesprek om de praktische gevolgen van de opschorting te bespreken.
Door: Nationale Zorggids
Beeld Rijksoverheid/ Arenda Oomen