Nederlanders vinden dat er naast abortus meer alternatieven besproken moeten worden bij een ongewenste zwangerschap. Ook willen mensen meer gebruikmaken van onafhankelijke hulp bij het maken van een keuze, blijkt uit onderzoek van TNS NIPO. Dit meldt het Algemeen Dagblad.
Bij een ongewenste zwangerschap zien huisartsen en klinieken abortus vaak als de oplossing. Uit de TNS NIPO-peiling blijkt dat zes op de tien Nederlanders vinden dat er meer alternatieven geboden moeten worden, zoals adoptie of een pleeggezin. Drie kwart van de ondervraagden is voor de mogelijkheid van een abortus, maar het kritische punt ligt bij de redenen om voor abortus te kiezen. Zo willen mensen een abortus omdat het geslacht van het kind niet gewenst is, de woonruimte of financiële situatie het niet toestaat om een kind te krijgen of omdat mensen een baby niet kunnen combineren met werk. De ondervraagden vinden het meer vanzelfsprekend om een abortus te laten plegen als bijvoorbeeld de zwangerschap levensbedreigend is of als het kind een ernstige medische aandoening heeft.
Met name onder jonge vrouwen staat een abortus in negatiever daglicht dan voorheen. Dit merkt de hulpinstantie voor ongewenste zwangerschappen FIOM. Directrice Ellen Giepmans wil voorkomen dat een abortus steeds meer een taboe wordt. “We zien dat het aantal tienerzwangerschappen in 2015 voor het eerst sinds jaren licht toeneemt. Dat sluit aan bij de TNS NIPO-peiling, waarin je ziet dat jonge mensen minder positief denken over abortus dan ouderen. De babyboom-generatie heeft gevochten voor anticonceptie en het 'baas in eigen buik'-principe, jongeren hebben daar minder mee, ervaren wij”, zegt Giepmans. Ze wil dat jongeren de optie voor abortus openhouden. Ze durven vaak niet over hun zwangerschap te praten en dan is het nog lastiger om over een beëindiging van de zwangerschap te spreken.
©Nationale Zorggids
