Na een periode van intensiever toezicht op de zorg voor kinderen kan de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) concluderen dat de concentratie van kinderoncologie op koers is. De IGZ bekeek onder meer de kinderoncologische UMC's in Groningen, Rotterdam, Nijmegen en Assen en het Prinses Máxima Centrum in Utrecht, zo meldt de inspectie.
Eind 2014 startte het Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie met de behandeling van kinderen met kanker. Momenteel is de bouw van het nieuwe centrum in volle gang. Daarom vindt de concentratie gefaseerd plaats in het Wilhelmina Kinderziekenhuis (UMC-WKZ). Deze overgangsperiode gaat gepaard met eventuele risico's voor de kwaliteit van zorg in de UMC's. De geleverde zorg van de medische centra moeten namelijk verantwoordelijk blijven terwijl de kennis en expertise verplaatst richting het Prinses Máxima Centrum. De start van de concentratie van de kinderoncologie was voor de IGZ aanleiding om intensiever toezicht te houden op de kwaliteit en veiligheid van de zorg in alle betrokken ziekenhuizen.
Het verschilt per regio wat de gevolgen zijn voor de kindergeneeskunde in de kinderoncologische UMC's. De concentratie betreft slechts een kleine doelgroep (ongeveer 550 nieuwe patiënten per jaar) en daarom is de vermindering van het aantal patiënten beperkt. Verder is er één medisch specialist vertrokken en vervangen in Groningen, maar zijn er geen verpleegkundigen weggegaan. In Rotterdam verliet een gespecialiseerde kinderchirurg de afdeling, hierdoor dreigde een knelpunt in de chirurgische behandeling van kinderen met niet-oncologische aandoeningen. Ook in Nijmegen vertrokken enkele specialisten. Uiteindelijk is alles opgelost door medisch specialisten uit het Prinses Máxima Centrum te detacheren en door nieuwe specialisten aan te stellen.
Naar verwachting wordt het nieuwe centrum in 2018 in gebruik genomen. Tot die tijd vindt er geen verdere concentratie van de kinderoncologische zorg plaats. In de tussentijd worden nieuwe zorgketens opgesteld en afspraken gemaakt over de behandellocaties.
©Nationale Zorggids